Translate

dinsdag 27 oktober 2015

Bewijs : in september 2008 bengelde de wereldeconomie op de rand van de afgrond

Na zeven jaar financiële crisis hebben de meeste mensen nog steeds geen weet van de grote bedreiging voor de wereldeconomie, die zich in het najaar van 2008 manifesteerde. 

Een korte YouTube video, daterend van februari 2009, onthult wat er zich achter de schermen op 15 september 2008 heeft afgespeeld.   De toenmalige democratische volksvertegenwoordiger Paul Kanjorski reageert in het TV-programma C-Span/Washington Journal op een telefoontje van een wanhopige Amerikaanse huisvrouw, die niet meer weet hoe ze rond moet komen.

Ziehier een letterlijke vertaling van hetgeen Kanjorski te vertellen had :

"Hier zijn de feiten over wat er op 15 september 2008 gebeurde.  We zouden er niet over moeten praten, maar op donderdag, zo rond 11.00 uur in de morgen, constateerde de Federal Reserve (de Amerikaanse centrale bank) dat er onvoorstelbaar veel geld van de bankrekeningen in de VS werd afgehaald : zo'n 550 miljard dollar in slechts twee uur tijd !

Het ministerie van Financiën schoot te hulp en pompte meteen 105 miljard dollar in het systeem, maar realiseerde zich al snel dat ze het tij niet konden keren.  We hadden echt een elektronische run op de banken.


Ze besloten om de bankrekeningen te blokkeren en aan te kondigen om een maximum van 250.000 dollar per rekening te garanderen, zodat de paniek zou verdwijnen.  Het ministerie schatte dat als ze dit niet hadden gedaan, er om 14.00 u 's middags zo'n 5.500 miljard dollar uit de geldmarkten van de VS zou zijn gehaald, waardoor de hele Amerikaanse economie zou zijn ingestort, en binnen 24 uur de hele wereldeconomie.


Dat zou het einde van ons economische en politieke systeem zijn geweest, zoals we dat vandaag kennen.  Daarom hebben we toen zo snel moeten ingrijpen.  Minister van Financiën Paulson stelde daarna voor om de subprime-hypotheken op te kopen.  Hij vroeg ons 700 miljard dollar teneinde een hele reeks maatregelen te kunnen nemen.


Toen kwam het Verenigd Koninkrijk en die zeiden dat ze niet genoegd geld hadden om alle slechte financiële bezittingen op te kopen.  In plaats daarvan zouden ze geld in de banken pompen, zodat deze weer over kapitaal zouden beschikken.  Zodanig dat ze niet failliet zouden gaan.  Het is waar dat dit een veel goedkopere maatregel was, want het werd ons al snel duidelijk dat we 3.000 à 4.000 miljard dollar nodig zouden hebben om die slechte activa op te kopen.


Omdat we maar 700 miljard dollar hadden, besloot Paulson om eveneens geld rechtstreeks in de banken te pompen, omdat als je geen bankensysteem meer hebt, je ook geen economie meer hebt.  Maar hoewel we dat deden, bleek het niet genoeg te zijn.  En ondanks de snelheid waarmee we het deden, bleef de economie maar naar beneden gaan.


We zijn nu geen haar beter af dan drie maanden geleden, omdat de financiële bezittingen van de banken steeds minder waard worden er er steeds meer slechte bezittingen boven tafel komen.


Nu moeten we dus beslissingen treffen.  Stoppen we er nog meer geld in ?  
En hoeveel ?
Ik vind dat we er de tijd voor moeten nemen en de mensen duidelijk moeten maken waar we nu staan.  Neem nu de mevrouw van daarnet aan de telefoon.  Ze is de paniek nabij en vindt dat de overheid niet goed handelt en niet voor haar opkomt.  Ik vind het belangrijk om bijvoorbeeld die mevrouw te informeren over wat nu werkelijk de feiten zijn, wat er gebeurd is, en wat zij er van vindt.  Misschien heeft zij wel een beter idee !  Wij zijn uiteindelijk geen economische of financiële genieën, maar gewone volksvertegenwoordigers.  We moeten de mensen laten weten dat dit een enorm moeilijke strijd is.  

Iemand heeft ons zonder reddingsvest in het midden van de Atlantische Oceaan gegooid.   Nu proberen we te bepalen waar de dichtstbijzijndste kust is, en of er eigenlijk wel enige kans is om daar naartoe te zwemmen.  We weten het gewoon niet !"







De volgende link betreft de hoorzitting op 24 september 2008 in de Commissie voor Financiële Zaken, waarbij zowel toenmalig Fedbaas Ben Bernanke als toenmalig Minister van Financiën Henry Paulson aanwezig waren.  Kanjorski vertelt hier dat de bovenstaande informatie (elektronische bankrun) initieel afkomstig was van Paulson en vraagt hem nu dat verder uit te leggen opdat de gemiddelde Amerikaanse burger op de hoogte zou zijn.
Paulson ontkent de feiten niet.  Zie vanaf 1:50:48 tot 1:57:17 :
http://financialserv.edgeboss.net/wmedia/financialserv/hearing092408.wvx


&&&

Wat kunnen we nu uit dit alles opmaken ?
In de allereerste plaats dat het wereldgeldstelsel oneindig veel fragieler is dan wordt aangenomen.  Er blijkt heel weinig nodig te zijn om het op zeer korte termijn in grote moeilijkheden te brengen.  Zoals we reeds verschillende keren op dit blog hebben vermeld, is de vraag niet of ons financieel-economisch bestel in mekaar klapt maar wanneer...

En dan is er natuurlijk ook het feit dat u en ik niet op de hoogte worden gehouden.  Heeft u bovenstaand verhaal ooit al gelezen of beluisterd in de massamedia ? Natuurlijk niet, want het past helemaal niet in de beeldvorming.  Zeer essentiële zaken worden ons door politici, media of andere beleidsmakers gewoon niet verteld.  

Gezien de huidige ontwikkelingen en verhoudingen kan er slechts een transparant en rechtvaardig politiek - en financieel-economisch systeem ontstaan ná een nieuwe grote crisis.
















vrijdag 9 oktober 2015

Het verschil tussen complottheoretici en complotkenners


Mensen die op onderzoek uit gaan naar de werkelijke inrichting van de wereld van geld en macht, wordt vaak verweten bezig te zijn met 'complottheorieën'.  Maar is dat wel zo?

Wat is een theorie?

De dikke Van Dale :
Theorie : 0.2 systeem van denkbeelden of hypothesen ter verklaring van iets.
                  0.3 opvatting in het abstracte, die geen rekening houdt met de praktijk.

In deze definitie staat zowel het doel van een theorie, als de manier waarop dat doel bereikt wordt.  Het doel is het verklaren van iets, en dat doel wordt bereikt door middel van abstractie, niet rekening houdend met de praktijk.  
Eigenlijk is een theorie daarmee een geloof.  Een geloof wil - net als een theorie - iets verklaren zonder rekening te houden met de praktijk.

Als je iets wil verklaren terwijl je wel rekening houdt met de praktijk, dan zul je die praktijk moeten kennen en dus moeten onderzoeken.  Door het onderzoeken van de praktijk, kom je dan tot een verklaring.

Als je dus wil weten hoe iets werkt, dan kun je twee dingen doen : je kunt geloven dat je weet hoe het werkt, dan heb je een theorie en dan hou je geen rekening met de praktijk, of je kunt onderzoeken hoe iets werkt, en dan hou je wel rekening met de praktijk.

Een voorbeeld :
Als je wil weten hoe een auto werkt, dan zou je kunnen stellen dat een auto wordt voortbewogen door een geest die erin huist.  Deze geest drinkt benzine.  Dat is een theorie en je kunt in deze theorie geloven, of niet.  Maar of je er wel of niet in gelooft : het zegt in beide gevallen niets over de praktijk (hoe een auto werkt).  Je verklaart iets zonder rekening te houden met de praktijk.  Je hebt een theorie.

Als je werkelijk, rekening houdend met de praktijk, wil weten hoe een auto werkt, dan kun je die werking ook onderzoeken.  Je kunt hem bijvoorbeeld uit elkaar halen, en van elk onderdeel de functie en de werking proberen te begrijpen.  En je kunt proberen in te zien welke bijdrage elk onderdeel levert aan het functioneren van het geheel : de auto.  Als je dat van elk onderdeel begrijpt, en je weet wat de plaats is van dat onderdeel en waarom, dan begrijp je de werking van de auto.

Nu heb je wel rekening gehouden met de praktijk en is jouw kennis van die praktijk niet langer een theorie, maar een weten.  Je kunt dus zeggen : hoe meer onderzoek, hoe minder theorie.

Ook de mechanismen van macht en geld zijn te onderzoeken.  En naarmate dat onderzoek vordert, ontstaat er een steeds completer beeld van de werking hiervan.  Door dat onderzoek krijg je niet alleen meer begrip van de werking van de verschillende onderdelen (banken, corporaties, regeringen), maar ook meer begrip van het functioneren van het geheel : de werking van de mondiale machtsstructuur.  Je onderzoekt de praktijk, en daarmee leer je die praktijk te begrijpen.

Het is daarom verbazingwekkend dat de mensen die anderen beschuldigen van het hebben van complottheorieën, zelf meestal geen onderzoek hebben gedaan.  Het zijn juist deze mensen (mensen die zelf niets onderzocht hebben) die geen andere keuze hebben dan terug te vallen op theorie/geloof.  
Het zijn juist deze mensen die geloven, in plaats van weten.  Het zijn juist deze mensen die de (door de wereld van macht en geld zelf aangeboden) versies van de werking van de wereld geloven.  Zonder rekening te houden met de praktijk.

De dikke Van Dale :
Complot : 0.1 kwaadaardige samenzwering tegen iemand of iets.
Samenzweren : 0.1 zich in het geheim met anderen verbinden om een ander nadeel te berokkenen (en er zelf voordeel bij te hebben).

Samenzweren is daarmee het heimelijk ondernemen van iets dat in het belang is van de samenzweerders, ten koste van het belang van anderen.  Het is voor het bestaan van een complot dus noodzakelijk dat er een tegengesteld belang bestaat.  Als de samenzweerders hetzelfde belang zouden hebben als degenen tegen wie wordt samengezworen, dan zou een complot zinloos zijn.  Complotten bestaan alleen omdat er verschillende belangen bestaan.

Het doel van een complot is dus het behartigen van een belang. Een belang dat niet - of minder goed - behartigd zou kunnen worden als dat behartigen openlijk zou gebeuren. Die heimelijkheid is noodzakelijk omdat het belang tegengesteld is aan het belang van anderen. Als dat belang openlijk behartigd zou worden, dan zou dat op weerstand stuiten van de mensen met het tegengestelde belang. Daarom is dat belang beter te behartigen als je het stiekem doet.

Het ontkennen van het bestaan van complotten zou dus inhouden : het ontkennen van het bestaan van verschillende belangen en het ontkennen van de mogelijkheid dat die belangen soms niet openlijk, maar heimelijk nagestreefd worden. Het zou inhouden dat je gelooft (er een theorie op nahoudt) dat iedereen open en eerlijk is.

Machthebbers hebben een tegengesteld belang ten opzichte van diegenen waarover ze macht willen hebben. Macht is het vermogen om anderen te laten doen wat jij wil. En daarmee kunnen die anderen dus niet meer doen wat ze zelf willen. De macht van de één, bestaat uit de onvrijheid van de anderen. De machthebber is gebaat bij onvrijheid van het volk, het volk is gebaat bij vrijheid. Een tegengesteld belang dus.

Als machthebbers dan weliswaar een ander belang hebben dan het volk, maar desondanks toch altijd eerlijk zouden zijn, dan zouden er geen complotten of samenzweringen bestaan. Voor diegenen die de eerlijkheid van machthebbers gaan onderzoeken, wordt echter al zeer snel duidelijk dat eerlijkheid niet direct het sterkste punt is van machthebbers. En dat is logisch.

Machthebbers hebben macht verworven. Ondanks het feit dat hun verworvenheid ten koste gaat van de bevolking. Het volk bestaat altijd uit een grote meerderheid ten opzichte van de machthebbers. Daarmee is de enige mogelijkheid om de vrijheid van de bevolking af te nemen, dat te doen via list en bedrog. Uit vrije wil komt het volk haar vrijheid namelijk niet inleveren.
Het bestaan van macht (en de daaruit voortvloeiende onvrijheid) is daarmee het bewijs van het bestaan van complotten. Zonder complot (stiekeme belangenbehartiging) komen machthebbers simpelweg niet aan de macht.
Het ontkennen van het bestaan van complotten kan dus alleen op basis van ontkennen van het bestaan van verschillende belangen en het ontkennen van het bestaan van oneerlijkheid. Het ontkennen van het bestaan van complotten houdt geen rekening met de praktijk. Het ontkennen van het bestaan van complotten is daarmee een geloof. Een theorie.

En daarmee zijn degenen die het bestaan van complotten ontkennen, en geen rekening houden met de praktijk, de werkelijke theoretici. Het zijn ‘niet-complottheoretici’.
Degenen die de wereld van macht en geld werkelijk onderzoeken, en die wel rekening houden met de praktijk, zijn daarmee geen theoretici, maar kenners: ‘complotkenners’.











dinsdag 22 september 2015

Gebeurt er "iets" tussen 23 september en 31 oktober ?

Het internet is al een tijd vergeven van berichten over een mogelijke grote gebeurtenis, een of andere calamiteit of crisis, die einde september of begin oktober in de Verenigde Staten zou plaatsvinden.   
Astrologen, numerologen en complotdenkers van allerlei slag hebben er een flinke kluif aan. Vermits ik zelf nogal wat ervaring heb met alternatieve invalshoeken, wens ik dit thema niet uit de weg te gaan.  Het probleem is natuurlijk dat er op de elektronische snelweg bijzonder veel wordt gepubliceerd en dat er, zonder factchecking, veel voor waarheid wordt aangenomen.  

Het is ook een merkwaardig massapsychologisch gegeven dat, als een grote groep mensen zich aan een bepaalde toekomstige gebeurtenis verwacht, er veelal gewoon niets gebeurt. Een klassiek voorbeeld daarvan is als de media en een keur aan financiële specialisten een beurscrash voorspellen.  Het verleden bewijst echter dat een beurspaniek zich dikwijls geheel onverwacht manifesteert, als een hartaanval.  En dat slechts weinigen het gevaar zien aankomen.

Ziehier een selectie van voorspellende artikels voor de komende dagen en weken :

De shemitah : een bijbelse waarschuwing en voorspelling

Shemitah of niet, deze maand vergaat de wereld

7 belangrijke gebeurtenissen die tegen het eind van september gaan gebeuren

Dit bericht kan uw gemoedsrust bedreigen

33 dingen die in de maand september staan te gebeuren

De bijzondere eclipsen van september 2015

The frequency shift into september 2015

Gerald Celente is predicting that a stock market crash will happen by the end of 2015

September 23 & September 24, 2015

Debt, Debt & more Debt 2015.75

The global economy is unwinding and the central banks are losing control











zaterdag 19 september 2015

Speculeren is dobbelen met de dood

"Speculatie is alleen maar een woord.  Het betekent dat geld wordt gemaakt via manipulaties.  In plaats via het leveren van goederen en diensten."                  
                                                                                                                                                   Henry Ford


Speculatie creëert inderdaad niet de minste reële waarde.  Adam Smith, vader van de moderne economie en auteur van het standaardwerk "The Wealth of Nations", was een uitgesproken tegenstander van mensen die op korte termijn veel geld willen verdienen met risicovolle speculatie zonder regelgeving, omdat hij vreesde dat dit type speculant grote crisissen kan uitlokken.

Uit de recente en minder recente geschiedenis is inderdaad gebleken dat zelfs specialisten van belangrijke financiële bedrijven de bal ernstig kunnen misslaan.  Met potentieel systeemkritische gevolgen.  Zo ging in 1998 het bekende hefboomfonds Long-Term Capital Management (LTCM) met veel rumoer bankroet. En dat ondanks de aanwezigheid van twee Nobelprijswinnaars die moesten waken over de goede gang van zaken.  Door de grote hoeveelheid openstaande derivatencontracten tussen de verschillende partijen vreesde men destijds terecht voor een fatale kettingreactie in de financiële wereld.  
Andere bekende speculatie-ongelukken zijn de Tulpenmanie van 1634 tot 1637, de Mississippibubbel tussen 1718 en 1720, de beurskrach van 1929, de internethype uit de jaren negentig en de kredietcrisis van 2008-2009 die ons overigens helemaal op het randje van een ware globale meltdown heeft gebracht. 

Voor de kleine speculant (let u maar eens op al die internetreclame waarbij men uitgenodigd wordt om actief te worden als 'daytrader') die ook eens een rondje wil meedraaien op de financiële markten geldt : winnen kan men, verliezen móét men.
De werking van het financiële systeem bevoordeelt namelijk in essentie de grote spelers : megabanken, hefboomfondsen, multinationals, pensioenfondsen, verzekeringsmaatschappijen enz.  Zij zitten aan de knoppen, vormen kartels en beschikken over insiderinformatie.  Denkt u maar eens aan de talloze fraudezaken en manipulaties die het jongste decennium aan het licht zijn gekomen. Achteraf blijkt dan dat die schuldige instellingen zich vlot kunnen vrijkopen van gerechtelijke gevolgen mits betaling van een fractie van hun ultrawinsten.  De casino-uitbater en z'n medeplichtige acolieten winnen klaarblijkelijk altijd ...

Vandaag hebben we een opiniestuk geselecteerd waarin de uiterst negatieve gevolgen van de wereldwijde speculatiedrift van grote instellingen voor de gewone burger in de derde wereld én bij ons helder worden uiteengezet.   De auteur pleit in deze ook voor de afbouw van fiscale belastingparadijzen, een vermogensbelasting en het stopzetten van privatiseringen van openbare nutsfuncties.  Want speculanten ontzien noch mens noch milieu.

Echter, het huidige monster van deflatoire SCHULDENDEFLATIE, dat in de toekomst nog vreselijker vormen zal aannemen, zal uiteindelijke alle speculanten verslinden.



&&&


Speculatie is immoreel  - tijd voor de Tobin- of Robintaks (26/5/2010)

Dat er dagelijks ook flink gespeculeerd wordt op energie hebben de vissers ondervonden als ze hun dieselfactuur in de bus kregen.  Speculatie kan dodelijk zijn, niet alleen voor economische sectoren, maar ook voor mensen.

Elke dag flitst er ongeveer 4000 miljard euro elektronisch de wereld rond via de beurzen.  95% van dat flitskapitaal heeft te maken met onproductieve speculatie.  Kopen en direct opnieuw verkopen om hoge winsten te scoren. Winsten die in de zakken van enkelen verdwijnen.

Onzichtbare speculanten in Londen, Brussel, Tokyo, Frankfurt en Wall Street spelen elke dag met het leven van mensen, vooral vrouwen en kinderen, overal ter wereld.  Recente crisissen hebben in enkele maanden tijd miljoenen jobs vernietigd en de armoede en onveiligheid verhoogd.  Door de verminderde inkomens werden in Thailand bvb. 100.000 kinderen van school gehaald. Vrouwen werden het eerst en het meest ontslagen.  Bij gezinnen waar ook de man op straat belandde, werd een grote toename vastgesteld van geweld binnen het gezin op vrouwen.  
Op het einde van het liedje zijn het altijd de zwaksten die de rekening betalen. De markt betaalt nooit voor de eigen (wan)daden.  Het wordt tijd om de rekening te laten vereffenen door de daders zelf : in de eerste plaats de speculanten.

Misschien denkt u dat de negatieve gevolgen van de wereldwijde speculatiedrift van multinationals, banken, pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen alleen voor de derde wereld zijn?  In een mondiale economie is alles mondiaal. Ook bij ons komen sociale verworvenheden in een neerwaartse spiraal terecht : arbeid wordt zo goedkoop (flexibel) mogelijk gemaakt, werklozen worden meer bestreden dan de werkloosheid, belangrijke functies van de publieke gemeenschap worden verkwanseld aan de privé, de werkdruk wordt verhoogd, de zorg wordt afgebouwd, medicijnen en hospitalisatie worden alsmaar duurder, de meeste pensioentjes zijn veel te klein.  
De bedrijven en banken maken steeds hogere winsten terwijl gezondheidszorg en onderwijs schreeuwen om geld.  De achteruitgang van de meerderheid is de rijkdom van de elites.

James Tobin, een Amerikaanse econoom die ooit de Nobelprijs won, lanceerde in 1972 een taks op wisseltransacties.  Het gaat om de heffing van een kleine belasting telkens een buitenlandse munt wordt omgewisseld. Die kleine taks zou vooral de grote speculanten ontmoedigen.  Daardoor kunnen de financiële markten kalmeren en zouden landen en volkeren minder de machteloze speelbal kunnen worden van de grote poenpakkers.

De Tobintaks is ook een Robintaks.  De Robin van... jawel Robin Hood!  De Robin die neemt van de rijken om aan de armen te kunnen schenken.  Of beter: de Tobintaks neemt eigenlijk een beetje terug van de rijken wat ze eerder al gestolen hadden bij de armen.  Een heffing van 0,1% zou op dit ogenblik elk jaar 150 miljard euro opbrengen.  Die miljarden steken we in een sociale pot waardoor we de grootste noden kunnen lenigen op wereldvlak: voeding, onderwijs, gezondheidszorg, de dodelijkste ziektes de wereld uithelpen, iedereen toegang verschaffen tot proper water.  De Tobintaks is ook een rechtvaardige belasting: de belasting op kapitaal wordt eindelijk verhoogd terwijl de meeste regeringen hun inkomsten vooral halen uit belastingen op arbeid.  De heffing van een Tobintaks verhoogt dus de sociale gelijkheid.

Maar dat niet alleen! We moeten ook de vluchtwegen versperren naar de fiscale belastingparadijzen, anders zijn de vogels gaan vliegen.  En uiteindelijk eens werk maken van een belasting op vermogens. De hoge vermogens mogen eens hun steentje bijdragen aan de samenleving.  We moeten ook alert blijven tegenover verdere privatiseringen en goed uitkijken dat onze sociale zekerheid of onze pensioenfondsen niet geprivatiseerd worden.  En de post en het openbaar vervoer. En water en energie.  

We moeten beletten dat de toekomst van onze kinderen in private handen terechtkomt.  Want dan komt de toekomst van onze kinderen in handen van de speculanten: zij ontzien noch de mens noch milieu. Indien we de toekomst van onze planeet overlaten aan het winstprincipe is er geen toekomst meer.  En laten we ook de zwaksten niet vergeten en hun kinderen ook een toekomst bieden?  Over deze kwesties wordt niet onderhandeld of afgeboden.  

Het is dringend tijd om een einde te maken aan het dobbelen met de dood.  We moeten speculanten niet alleen de rekening presenteren voor hun immorele spelletjes, we moeten uiteindelijk het speculeren stoppen.  Bevolkingen mogen niet de speelbal blijven van de winsthonger van deze mondiale heersers.  Laat ons de toekomst in eigen handen nemen.  Help de wereld rechtvaardiger maken.


Bron : Speculatie is immoreel - tijd voor de Tobin- of Robintaks








donderdag 3 september 2015

Robert Mundell, cynische bedenker van de euro en van de austeriteit

Uit lange gesprekken met Robert Mundell leerde Greg Palast, Amerikaans econoom en bekend onderzoeksjournalist, dat austeriteit van bij de start van de euro structureel ingebakken zat.

Mundell is een Canadese hoogleraar die in 1999 de Nobelprijs voor Economie kreeg voor zijn werk rond monetaire dynamiek en als ontwerper van het concept "optimale muntzone". 
Niet alleen wordt hij beschouwd als de vader van de euro, hij is eveneens architect van de zogenaamde Reaganomics, een neo-liberaal economisch beleid dat uitgaat van doorgedreven vrijemarktprincipes.  Politiek econoom Jude Wanniki schreef ooit in de Wall Street Journal dat "Ronald Reagan nooit president zou zijn geworden zonder de invloed van Mundell".
Critici bestempelen dit beleid als "trickle-down economics" waarbij de economische voordelen die de grootste verdieners opstrijken zullen doorsijpelen naar de rest van de samenleving.  In de praktijk blijkt evenwel dat deze moderne visie van "laissez-faire" vooral het grootkapitaal (multinationale banken en - ondernemingen) ten goede komt.

De euro zou vooral effect sorteren bij het uitbreken van crisissen, zo vertelde Mundell aan Palast.  Volgens de Nobelprijswinnaar is de Europese eenheidsmunt hét middel waarmee congressen en parlementen elke controle over hun monetaire en fiscale politiek kan worden ontnomen.
Mundell : "De euro zorgt er voor dat de monetaire politiek uit de greep van politici blijft. [En] zonder fiscale politiek bestaat de enige mogelijkheid van overheden om jobs te behouden erin om de regels betreffende het zakendoen af te bouwen." Hij dacht hierbij aan het versoepelen van arbeidswetten en milieureglementering en het verlagen van belastingen. In zijn visie wordt de klassieke democratische besluitvorming dus simpelweg aan de kant geschoven.

Volgens de professor ligt de euro helemaal in de lijn van Reaganomics. "Monetaire discipline dwingt politici eveneens tot fiscale discipline."  En als er crisissen ontstaan, kunnen economisch ontwapende landen (want geen controle meer over munt, begroting of fiscaliteit) niets anders doen dan het overboord gooien van overheidsregels, het op grote schaal privatiseren van staatsindustrieën en het drastisch verlagen van belastingen.  
Het is precies deze austeriteitspolitiek die we zien gebeuren in Griekenland en andere Zuid-Europese landen. Maar ook in de noordelijke landen van de eurozone gaat het meer en meer deze richting uit.

Voor Greg Palast staat het vast  : "De invoering van de euro had slechts een echt doel : een einde maken aan de Europese welvaartsstaat."


Bronnen :
http://www.gregpalast.com/the-euro-is-a-big-success-no-kidding/
http://www.gregpalast.com/greeced-we-voted-no-to-slavery-but-yes-to-our-chains/




















vrijdag 7 augustus 2015

Angelsaksische geldelite organiseerde de Tweede Wereldoorlog

Vandaag publiceren we een uitgebreid artikel van de leidende Russische expert Valentin Katasonov.  Hij is doctor economie en professor aan de Moskouse staatsinstelling voor internationale financiën.  Tussen 1991 en 1993 was hij adviseur voor de Verenigde Naties (VN). Van 1993 tot 1996 zetelde hij in de adviesraad van de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBRD).  En van 2001 tot 2011 stond hij aan het hoofd van het departement internationale monetaire relaties bij het Russische Ministerie van Buitenlandse Zaken. 

Net als complotauteurs zoals Anthony C. Sutton (die zich o.a. baseert op originele documenten van het Neurenbergproces dat plaatsvond tussen 20/11/1945 en 1/10/1946), Jan van Helsing, William Engdahl, Jim Marrs, Ernest Millington en anderen heeft Katasonov zich verbaasd over de rol die de Amerikaanse en Britse financiële elite heeft gespeeld in het tot stand brengen en financieren van de Tweede Wereldoorlog. 
Voor het volgende stuk, overgenomen van de internationale website strategic-culture.org, heeft de auteur zich gebaseerd op in 2012 vrijgekomen documenten die verband houden met de financiering van de NSDAP en de herbewapening van het Derde Rijk.


The war was not unleashed by a frenzied Führer who happened to be ruling Germany at the time. WWII is a project created by a world oligarchy or Anglo-American “money owners”. Using such instruments as the US Federal Reserve System and the Bank of England they started to prepare for the next world conflict of global scale right after WWI. The USSR was the target.
The Dawes and Young Plans, the creation of Bank of International Settlements (BIS), the Germany’s suspension of reparations payments it had to pay according to Paris Peace Treaty and the acquiescence of Russia’s former allies in this decision, large-scale foreign investments into the economy of Third Reich, the militarization of German economy and the breaches of Paris Treaty provisions – they all were important milestones on the way of preparing the war.

There were key figures behind the plot: the Rockefellers, the Morgans, Lord Montagu Norman (the Governor of the Bank of England), Hjalmar Schacht (President of the Reichsbank and Minister of Economics in the Hitler's government). The strategic plan of Rockefellers and Morgans was to subjugate Europe economically, saturate Germany with foreign investments and credits and make it deliver a crushing blow against the Soviet Russia so that it would be returned into the world capitalist system as a colony.
Montagu Norman (1871 - 1950) played an important role of go-between to keep up a dialogue between American financial circles and Germany’s business leaders. Hjalmar Schacht organized the revival of Germany’s defense sector of economy. The operation conducted by “money owners” was covered up by such politicians as Franklin Roosevelt, Neville Chamberlain and Winston Churchill. In Germany the plans were carried out by Hitler and Hjalmar Schacht. Some historians say Hjalmar Schacht played a more important role than Hitler. But Schacht simply kept away from the spotlights.

The Dawes Plan was an attempt following World War I for the Triple Entente to compromise and collect war reparations debt from Germany. The Dawes Plan (as proposed by the Dawes Committee, chaired by Charles G. Dawes) was an attempt in 1924 to solve the reparations problem, which had bedeviled international politics following World War I and the Treaty of Versailles (France was reluctant to accept it got over 50% of reparations). In 1924-1929 Germany got $2,5 billion from the United States and $ 1,5 billion from Great Britain, according to Dawes Plan. 
In today’s prices the sum is huge, it is equal to $1 trillion of US dollars. Hjalmar Schacht played an active role in the implementation of the Dawes Plan. In 1929 he summed up the results, saying that in 5 years Germany got more foreign loans than the United States in the 40 years preceding WWI. As a result, in 1929 Germany became the world’s second largest industrial nation leaving Great Britain behind.

In the 1930s the process of feeding Germany with investments and credits continued. The Young Plan was a program for settling German reparations debts after World War I written in 1929 and formally adopted in 1930. It was presented by the committee headed (1929–30) by American industrialist Owen D. Young, creator and ex-first chairman of Radio Corporation of America (RCA), who, at the time, concurrently served at the board of trustees of Rockefeller Foundation, and also had been one of the representatives involved in the previous war reparations restructuring arrangement – Dawes Plan of 1924. 
According to the plan, the Bank of International Settlements (BIS) was created in 1930 to make Germany pay reparations to the victors. In reality the money flows went in quite a different direction - from the United States and Great Britain to Germany. 

The majority of strategically important German companies belonged to American capital or were partly under its control. Some of them belonged to British investors. German oil refinery and coal liquefaction sectors of economy belonged to Standard Oil (the Rockefellers). Farbenindustrie AG chemical industry major was moved under the control of the Morgan Group. 40% of telephone network and 30% of Focke Wulf shares belonged to American ITT. Radio and AEG, Siemens, Osram electrical industry majors moved under the control of American General Electric. ITT and General Electric were part of the Morgan’s empire. At least 100% of the Volkswagen shares belonged to American Ford. 

By the time Hitler came to power the US financial capital practically controlled all strategically important sectors of German industry: oil refining, synthetic fuel production, chemistry, car building, aviation, electrical engineering, radio industry, and a large part of machine-building (totally 278 companies). The leading German banks - Deutsche Bank, Dresdner Bank, Donat Bank and some others - were under US control.

*****

On January 30, 1933 Hitler was named the Chancellor of Germany. Before that his candidacy had been thoroughly studied by American bankers. Hjalmar Schacht went to the United States in the autumn of 1930 to discuss the nomination with American colleagues. The Hitler’s appointment was finally approved at a secret meeting of financiers in the United States. He spent the whole 1932 trying to convince the German bankers that Hitler was the right person for the position. He achieved the goal. 
In mid-November 1932 17 German largest bankers and industrialists sent a letter to President Hindenburg expressing their demand to make Hitler the Chancellor of Germany. The last working meeting of German financiers before the election was held on January 4, 1933 in Köln at the home of banker Kurt von Schröder. After that the National Socialist Party came to power. As a result, the financial and economic ties of Germany with Anglo-Saxons elevated to a higher level.

Hitler immediately made an announcement that he refused to pay postwar reparations. It put into doubt the ability of England and France to pay off WWI debts to the United States. Washington did not object to the Hitler’s announcement. In May 1933 Hjalmar Schacht paid another visit to the United States. There he met with President Franklin Roosevelt and big bankers to reach a $1 billion credit deal. In June the same year Hjalmar Schacht visited London to hold talks with Montagu Norman. It all went down smoothly. The British agreed to grant a $2 billion loan. The British offered no objections related to the Germany’s decision to suspend debt payments.
Some historians say the American and British bankers were pliant because by 1932 the Soviet Union had fulfilled the 5-year economic development plan to make it achieve new heights as an industrial power. A few thousand enterprises were built, especially in the sector of heavy industry. The dependence of USSR on import of engineering production has greatly dwindled. The chances to strangle the Soviet Union economically were practically reduced to zero. They decided to rely on war and launched the runaway militarization of Germany.

It was easy for Germany to get American credits. By and large, Hitler came to power in his country at the same time as Franklin Roosevelt took office in the United States. The very same bankers who supported Hitler in 1931 supported Roosevelt at the presidential election. The newly elect President could not but endorse large credits to Germany. By the way, many noticed that there was a big similarity between the Roosevelt’s “New Deal Policy” and the economic policy of the German Third Reich. No wonder. The very same people worked out and consulted the both governments at the time. They mainly represented US financial circles.

The Roosevelt’s New Deal soon started to stumble on the way. In 1937 America plunged into the quagmire of economic crisis. In 1939 the US economy operated at 33% of its industrial capacity (it was 19% in the heat of the 1929-1933 crisis).
Rexford G. Tugwell, an economist who became part of Franklin Roosevelt’s first "Brain", a group of Columbia University academics who helped develop policy recommendations leading up to Roosevelt's New Deal, wrote that in 1939 the government failed to reach any success. There was an open sea till the day Hitler invaded Poland. Only the mighty wind of war could dissipate the fog. Any other measures Roosevelt could take were doomed to failure (1).  Only the world war could save the US capitalism. In 1939 the money owners used all leverage at their disposal to put pressure on Hitler and make him unleash a big war in the east.

(1) P.Tugwell, The Democratic Roosevelt, A Biography of Franklin D. Roosevelt, New York, 1957, p 477.

*****

The Bank of International Settlements (BIS) played an important role during the Second World War. It was created as an outpost of American interests in Europe and a link between Anglo-American and German businesses, a kind of offshore zone for cosmopolitan capital providing a shelter from political processes, wars, sanctions and other things. The Bank was created as a public commercial entity, it’s immunity from government interference and such things as taxes collection was guaranteed by international agreement signed in the Hague in 1930.

The bankers of the Federal Reserve Bank of New York, who were close to the Morgans, Montagu Norman, the Governor of the Bank of England and german financiers such as Hjalmar Schacht (President of the Reichsbank and Minister of Economics in the Hitler's government), Walther Funk (who later replaced Hjalmar Schacht as President of the Reichsbank) and Emil Puhl – all of them played an important role in the efforts to establish the Bank. The central banks of Great Britain, France, Italy, Germany, Belgium and some private banks were among the founders. 
The Federal Bank of New York did its best to establish the BIS, but it was not listed as a founder. The US was represented by the private First National Bank of New York, J.P. Morgan and Company, the First National Bank of Chicago – all parts of the Morgan’s empire. Japan was also represented by private banks. In 1931-1932 19 European central banks joined the Bank of International Settlements. GatesW. McGarrah, a banker of Rockefeller’s clan, was the first BIS chairman of the board. He was replaced by Leon Fraser, who represented the clan of Morgans. US citizen Thomas H. McKittrick was President of the Bank during the war years.

A lot has already been written about the BIS activities serving the interests of the Third Reich. The Bank was involved in deals with different countries, including those Germany was at war with. Ever since Pearl Harbor the Bank of International Settlements has been a correspondent bank for the Federal Reserve Bank of New York. It was under Nazi control during the war years, no matter American Thomas Huntington McKittrick was the Bank’s President. Soldiers were dying on the battlefields while the leadership of BIS held meetings in Basel with the bankers of Germany, Japan, Italy, Belgium, Great Britain and the United States. There, in the Swiss offshore zone, it was all peaceful, the representatives of belligerents quietly worked in the atmosphere of mutual understanding.

Switzerland became the place where gold seized by Germany in different corners of Europe was transported to for storage. In March of 1938, when Hitler captured Vienna, part of the Austrian gold was transferred to BIS vaults. The same thing happened with the gold of the Czech National Bank (48 million USD). As the war started, the flows of gold poured into the Bank of International Settlements. Germany got it from concentration camps and as a result of plundering the wealth of occupied countries (including whatever belonged to civilians: jewels, gold crowns, cigarette cases, utensils…). It was called the Nazi Gold. The metal was processed into ingots to be stored in the Bank of International Settlements, Switzerland, or outside Europe. Charles Higham in his Trading With The Enemy: An Expose of The Nazi-American Money Plot 1933-1949 wrote that during the war Nazi transferred $378 million into the accounts of Bank of International Settlements.

A few words about the Czech gold. The details surfaced when after the Bank of England’s archives were declassified in 2012 (1). In March of 1939 Germany captured Prague. Nazi demanded $48 million of national gold reserves. They were told that the sum had already been transferred to the Bank of International Settlements. Later it became known that the gold was transferred from Basel to the vaults of the Bank of England. Upon command from Berlin the gold was transferred to the Reichsbank's BIS account. Then the Bank of England was involved in transactions done upon the orders of Reichsbank given to the Bank of International settlements. 

The commands were retransmitted to London. There was collusion between German Reichsbank, the Bank of International Settlements and the Bank of England. In 1939 a scandal broke out in Great Britain because the Bank of England executed the transactions with Czech gold upon the commands coming from Berlin and Basel, not the Czech government. For instance, in June of 1939, three months before the war between Great Britain and Germany started, the Bank of England helped Germans to get into their accounts the amount of gold equal to 440 thousand pounds sterling and transfer some gold to New York (Germany was sure that in case of German intervention into Poland the United States would not declare war).

The illegal transactions with Czech gold were implemented with tacit approval of the government of Great Britain which was aware of what was going on. Prime Minister Neville Chamberlain, Chancellor of the Exchequer Sir John Simon and other top officials did their best to hide the truth, including outright lies (the gold was returned to the lawful owner or had never been transferred to Reichsbank). 
The recently declassified materials of Bank of England reveal the truth and show that the government officials lied to cover up themselves and the activities of the Bank of England and the Bank of International Settlements. It was easy to coordinate the joint criminal activities because Montagu Norman, the head of Bank of England, served as the chairman of the board of Bank of International Settlements. He never made a secret of his sympathy for fascists.

The Bretton Woods Conference, formally known as the United Nations Monetary and Financial Conference, was the gathering of 730 delegates from all 44 allied nations at the Mount Washington Hotel situated in Bretton Woods, New Hampshire, the United States, to regulate the international monetary and financial order after the conclusion of World War II. The conference was held from 1 to 22 July 1944. 
All of a sudden the issue of the Bank of International Settlements hit the agenda. It was reported that the bank collaborated with fascist Germany. Leaving many details aside, I would only like to mention that with great difficulty (some US delegates opposed the motion) the delegates reached an agreement to close the BIS. This decision of the international conference has never been enacted. All the discreditable information related to the BIS wartime activities got classified. Today this has become helpful to falsifying the history of the Second World War.

Finally, a few words about Hjalmar Schacht (1877-1970) who served as President of the Reichsbank and Minister of Economics in the fascist Germany’s government. He was a key figure controlling the economic machine of Third Reich, an extraordinary and plenipotentiary ambassador representing Anglo-American capital in Germany. In 1945 Schacht was tried at Nuremberg to be acquitted on October 1, 1946. He got away with murder. The same way it happened to Hitler. 
For some unexplained reasons he was not in the 1945 leading wartime criminals list. More to it, Schacht returned to his profession like if nothing happened and founded Schacht GmbH in Düsseldorf. This detail may go unnoticed, though it serves as another testimony to the fact that Anglo-American “money owners” and their plenipotentiary representatives in Germany prepared and, to some extent, influenced the outcome of the Second World War. The “money owners” want to rewrite the history of the war and change its results.









donderdag 9 juli 2015

Zit de crisis ook in het onderwijs ?

Zoals al eerder vermeld op deze blog, dient men "de" crisis niet alleen financieel of economisch te begrijpen, ze is ook ecologisch, energetisch, politiek en maatschappelijk van aard.  Het economische paradigma, waarbij vandaag al te veel gedacht en gehandeld wordt in termen van opbrengst en rendement, vertoont zich in steeds meer uithoeken van onze prestatie- en consumptiesamenleving.  
Zo konden wijzelf, tijdens het begeleiden bij toetsen en huiswerk bij kinderen van een bevriend gezin, vaststellen hoe veeleisend het onderwijs van vandaag wel geworden is.  Niet alleen studerenden, ook lesgevers hebben steeds meer het gevoel te moeten meehollen in een ratrace.  Zijn resultaatgerichtheid en efficiëntie inderdaad belangrijker geworden dan waarden zoals lerend ontdekken, beleving, inleving en expressie ?

De Nederlandse Erica Ritzema gaf gedurende 29 jaar onderwijs aan kleuters.  In juni 2012 is zij daarmee gestopt omdat zij zich niet meer kon vereenzelvigen met alles wat er van haar werd verlangd als leerkracht.  Met haar ingezonden stuk 'Kleuter in Nederland verdient beter' haalde ze de pers (o.a. Noordhollands Dagblad van 10 november 2012).  

Iedere opinie of invalshoek is per definitie gekleurd en niet neutraal.  De nu volgende opzegbrief van deze lerares is alleszins beklijvend :

"IK STOP ERMEE !

Na 38 jaar lang les te hebben gegeven op een basisschool in Tilburg, waarvan 29 jaar aan kleuters, heb ik besloten aan het eind van dit schooljaar mijn werkzaamheden te gaan beëindigen.
Ik kan en wil mij niet conformeren aan de huidige vorm van onderwijs, die mij zo dwingend wordt opgelegd.  Ik herinner me nog levendig de tijd dat ons verweten werd, dat we teveel vorderingen van kinderen vastlegden en geen vertrouwen zouden hebben in de natuurlijke ontwikkeling van het kind. Daarop volgde een periode, waarin we projectmatig moesten gaan werken en de inhoud juist moesten laten groeien vanuit de bijdragen van de kleuters.
Wij leerkrachten plaatsten toen grote vraagtekens bij zo'n vrijblijvende manier van werken.

Nu ben ik beland in een periode, waarin de kleuters de leerstof van groep 3 krijgen voorgeschoteld en de resultaten worden geregistreerd in een observatiemodel wat is voortgekomen uit de orthopedagogiek (alsof er alleen nog maar kinderen met afwijkingen zouden bestaan).  Wie hoort in deze situatie nog iets terug over het begeleiden van en het vertrouwen in de natuurlijke ontwikkeling van kleuters?  Ik niet.

Just for profit, not for people
Kinderen zijn gereduceerd tot vaatjes, waarin ik dagelijks van bovenaf opgelegde informatie moet stoppen en daarnaast dien ik onmiddellijk de korte termijn resultaten te registreren. Alle accenten liggen op het cognitieve vlak, waarbij de mathematische en linguïstische onderdelen verreweg het zwaarst vertegenwoordigd zijn.  Alles draait om snelle winst, opbrengstgericht werken wordt dat genoemd, just for profit, not for people. 
Het is daarnaast niet meer mogelijk veel tijd en aandacht te besteden aan expressievakken en mede hierdoor denderen de motorische vaardigheden achteruit.  Ik meen daardoor mee te werken aan het ontwikkelen van een maatschappij, waarin mensen geen uiting meer zullen kunnen geven aan hun emoties en dit zal zich gaan openbaren in een explosieve toename van zelfmoordpogingen en een verharding van de maatschappij.

Japan
Onmiddellijk komt bij mij de herinnering aan de Japanse moeders bovendrijven, wier mannen jaren geleden bij de Nederlandse afdeling van Fuji werkten en die zo dankbaar waren dat hun kinderen in Nederland, waar spelenderwijs geleerd mocht worden, hun kleutertijd door konden brengen.  In Japan lag de prestatiedruk toen al veel hoger en dat resulteerde in veel depressieve pubers, die moeite bleken te hebben met het aangaan van relaties, omdat het Japanse onderwijs individualisten opleidde.

Identiteit van kleuters gaat verloren
Helaas heeft het Nederlandse kleuteronderwijs dat recht op spelend leren inmiddels ook verspeeld.  Er bestaat in de huidige klassensituatie voor mij zelden nog de mogelijkheid om uit te gaan van de belevingswereld van kinderen en de kinderen wordt niet eens meer de gelegenheid geboden de nieuw ontdekte buitenwereld mee naar binnen te brengen, want ik dien vanuit de methode "Kleuterplein" te werken. De lesstof wordt van bovenaf bepaald, sluit niet meer aan en boeit daardoor vaak niet.  
De lessen zijn puur resultaat- en niet kindgericht, dit druist enorm in tegen mijn kleuterleidsterprincipes.  Er ontstaat hierdoor een middelmatigheid in het lesaanbod (alle juffen in Nederland bieden binnenkort dezelfde lesstof aan), want er kan niet meer worden ingegaan op de interesses en de gevoelige periodes van kinderen, waardoor overigens ook nog eens de individuele talenten van de leerkrachten onbenut blijven.

De identiteit van kleuters wordt door deze vorm van lesgeven meer dan ontkend, de kleuter in Nederland is zijn identiteit verloren en mag helemaal geen echte kleuter meer zijn, want wij gaan voorbij aan deze unieke levensfase, waarin wereldverkenning, verwondering, beleving en zintuiglijke waarneming centraal zouden moeten staan.  
Kinderen zouden vanuit eigen ervaring en beleving hun inlevingsgevoel moeten kunnen ontwikkelen en van daaruit moeten leren hun medemensen en hun omgeving met respect te bejegenen.  Hierdoor is een enorm hiaat in de ontwikkeling en de opvoeding aan het ontstaan, met alle gevolgen van dien.  Dit gebrek aan oerervaringen kan niet worden gemeten in zo'n observatie/registratiemodel op de korte termijn, maar zal zich pas op lange termijn gaan wreken.
Wij zijn de kweekvijver van een neurotische, egocentrische samenleving en daar wens ik niet aan mee te werken.

Te hoge eisen aan lerarenkorps
Tevens zorgt het feit dat onderwijsvernieuwingen als projectielen op ons worden afgevuurd, zonder de tijd om ze zorgvuldig te kunnen implementeren, voor de nodige frustraties.  Ik constateer dat ook mijn collega's balanceren op het randje van overspannenheid en dat hun het plezier in het lesgeven, door alle contemporaine eisen in het huidige onderwijsbeleid, wordt ontnomen.  Zover wil ik het bij mezelf liever niet laten komen.  
Ik lijd reeds aan beroepsdeformatie en oververmoeidheid, ik verwaarloos mijn familie en vrienden, heb weinig tijd om de actualiteiten bij te houden en besteed vrije dagen en weekenden aan mijn job en dit alles terwijl ik slechts parttime werk.  Mijn lichaam is moe en mijn hoofd draait overuren om alles op een rijtje te kunnen houden.  Nadat ik van een collegaatje hoorde dat ze het afgelopen weekend geen enkel moment van rust en aandacht voor haar gezin had weten in te bouwen, wist ik dat het niet alleen mijn probleem was.

De eisen, die ons worden gesteld, grenzen aan waanzin.  Daarnaast wordt op deze wijze ook nog eens een latente burgerlijke ongehoorzaamheid gecreëerd, omdat onmogelijk aan alle eisen kan worden voldaan.  Het weten, dat bij alle activiteiten onzorgvuldigheid de boventoon voert, omdat ook het onmogelijke, in onvoldoende mate, helaas direct gedaan moet worden, brengt ook veel frustratie met zich mee.
Résumé : iedereen werkt zich te pletter, maar niemand houdt daar nog een voldaan gevoel aan over.  Het werk is namelijk nooit af en de kans om de zorgvuldigheid te betrachten, waar ieder kind recht of heeft, wordt ons ontnomen door het enorme aan ons opgelegde pakket aan eisen.  Na gedane arbeid is het niet meer goed rusten in het hedendaagse onderwijs.

Sociaal contact onder druk
Ook het contact tussen de teamleden heeft onder deze werkdruk vreselijk te lijden.  Wij hebben op onze school een geweldig team, maar de momenten waarop je met collegae van gedachten kunt wisselen zijn spaarzaam geworden.  Zij zijn door hun drukke werkzaamheden slechts passanten, die je in de gang groet.  Indien een van de collega's een zware periode doormaakt, maakt hij/zij dat kenbaar via de mail, omdat er te weinig gelegenheid is voor een persoonlijk gesprek.  
Het sociale aspect is verschraald door de werkdruk.  Ooit vielen ouders bij het binnenkomen als een blok voor onze school, zonder enig methodisch achtergrondverhaal te hebben aangehoord, omdat ze vonden dat ze in een warme, blije sfeer stapten waarvan ze hun kind graag deel wilden laten zijn.

Conclusies
Ik kan alleen maar constateren dat ik vaak het dubbele aantal uren werk van mijn wettige aanstelling en daarin voornamelijk met secundaire zaken bezig ben om aan de buitenkant te voldoen, in plaats van dat ik (in een tijd waarin de behoefte aan een warme, veilige plek voor kinderen alleen maar groter is geworden) bezig ben met de ontwikkeling en het welzijn van de kinderen in mijn groep en daar pas ik voor.
Neem daarnaast ook nog de cabareteske plannen op het gebied van passend onderwijs en zorg op maat.  Wat een giller, we zijn er nooit verder van verwijderd geweest en die afstand groeit nog steeds!
Mijn ambities liggen echt op een hoger niveau, ik wil niet dat mijn onderwijsaanbod economisch inzetbare pionnetjes aflevert, maar ik wil streven naar een maatschappij met sociaal vaardige en respectvolle mensen, waar ik mijn steentje aan heb mogen bijdragen. Onderwijs is dé investering in onze toekomstige samenleving en grote zorgvuldigheid is daarbij geboden. 
Mijn besluit ligt daarom vast : ik ga stoppen met het geven van onderwijs, ik heb namelijk niets meer te verliezen, mij is alle zin in en van het lesgeven ontnomen. De kleuter in Nederland heeft zijn bestaansrecht verloren.  Ik geef de strijd op."


&&&

Een ander, opmerkelijk geluid komt van de Franse ex-professor filosofie Anne-Sophie Nogaret. Met haar boek 'Du Mammouth au Titanic' levert zij een striemende kritiek op het onderwijssysteem in haar land. De boekrecensie op amazon.com luidt als volgt :

"Chronisch absenteïsme, onbeleefdheid, geweld, desinteresse, multiculturalisme onder de leerlingen, hiërarchische capitulaties, ideologische blindheid, schandalige beoordelingsinstructies op het baccalaureaat van de instelling : een leerkracht vertelt wat ze de afgelopen tien jaar in het voortgezet onderwijs heeft meegemaakt.
En het resultaat is verschrikkelijk. In minder dan tien jaar tijd is het niveau letterlijk ingestort. En dat blijkt niet alleen uit internationale PISA-studies, maar ook uit de resultaten van het studiejaar 2017. Het is duidelijk dat studenten in het laatste jaar van hun studie vaak niet in staat te zijn om een eenvoudige tekst van een paar regels te begrijpen en wel omdat ze hun eigen taal niet meer beheersen. En het gaat om studenten die toch allemaal hun baccalaureaat behalen... Leraren zijn ervan overtuigd dat gezag onderdrukking is en dat welwillendheid, ook al dient die feitelijk alleen maar om lafheid te verbergen, hen weerhoudt om een verontrustende realiteit onder ogen te zien Ze zijn het slachtoffer van een systeem en merkwaardig genoeg doen ze er alles aan om ditzelfde systeem te redden. Maar vandaag de dag is de alarmdrempel overschreden en slechts één uitdrukking vat samen wat er gaande is: een gigantische schipbreuk."

Kijk ook even naar dit interview met Nogaret :