Translate

maandag 15 december 2025

Europa's keuze in 2026: ultieme heropleving of escalerende afgang

Europa belandt niet toevallig in een periode van grote onrust; het wordt geconfronteerd met een samenloop van crises die het voortbestaan van ons continent bedreigen. De diagnose is scherp: we zijn geïsoleerd, economisch onder druk gezet en politiek versnipperd.


De Amerikaanse bescherming behoort tot het verleden. Washington heeft een politieke — en impliciet militaire — terugtrekking geaccepteerd, die soms in openlijke vijandigheid verandert. De retoriek van Donald Trump voorspelt het instorten van de Europese beschaving en neemt thesis en taal van extreemrechts over. Intussen worden we gedwongen militair materieel — vaak slechts bruikbaar met Amerikaanse goedkeuring — en energie aan te kopen, terwijl we tegelijkertijd in een handelsoorlog verwikkeld raken. De verzwakking van de dollar (-10% in één jaar) werkt als een verborgen douanebelasting, opgelegd zonder wederdienst.

De oorlog tussen Rusland en Oekraïne wordt uitgevochten zonder dat de Europeanen werkelijk inspraak hebben; we zitten klem tussen twee grote machtsblokken. Economisch versnelt de de-industrialisatie, en dit terwijl een vloedgolf van geavanceerde Chinese producten onze bedrijven onder druk zet. Op het vlak van kunstmatige intelligentie staat de strijd al grotendeels vast: doordat we niet de ontwikkelaars zijn — in tegenstelling tot de Amerikaanse en Chinese giganten — dreigen we gereduceerd te worden tot simpele digitale consumenten.

Binnen Europa zelf werkt interne verdeeldheid verder aan de versnippering. Van Polen tot Hongarije groeien de dissidenties; de traditionele machtscentra haperen: Frankrijk ziet zijn invloed tanen en Duitsland wankelt onder de druk van de AfD. We raken achterop in innovatie, feiten verliezen hun gezag en de sociale samenhang brokkelt af. Het speelveld wordt zo vrijgemaakt voor buitenlandse inmenging, inclusief de financiering van populistische bewegingen via extraterritoriale mechanismen.

Tegenover deze storm is er nauwelijks enige institutionele reactie. De Europese Commissie vervreemdt als een technocratische toren van Babel, uiteengevallen in een wirwar van tegenstrijdige bevoegdheden en abrupte koerswijzigingen — van een allesomvattende ecologische agenda zonder realistische industriële transitie tot het niet in de praktijk brengen van het Draghi-rapport. Als bureaucratische Olympus krijgt zij nu te maken met het groeiende ongenoegen van de Europese bevolking. Feit is: in het huidige geopolitieke bestel mist de Commissie de representatieve legitimiteit die zij ooit kon belichamen.

Het is niet langer de tijd voor kleine aanpassingen, maar voor een breuk. We moeten nadenken over een nieuwe vertegenwoordiging — iemand met visie die industriële consolidatie en een gemeenschappelijke defensie kan afdwingen. Maar zelfs de beste strategie faalt zonder het behoud van het essentiële: de integriteit van onze politieke waarden.

Deze existentiële schok hoeft geen fataliteit te zijn; ze kan de katalysator van een renaissance worden. Europa heeft nog altijd de intellectuele en morele middelen om de zelfopgelegde afhankelijkheid te weigeren. Wat ontbreekt, is politieke moed om nationale keurslijven te doorbreken, echte industriële en militaire soevereiniteit op te bouwen en de integriteit van onze morele waarden tegenover de brutaliteit van machtige rijken te stellen. Neergang is een keuze — heropleving is een daad van politieke wil. Het is nu het moment om de kracht en relevantie van het Europese project opnieuw zichtbaar te maken.