Wat is borderline ? Deze diagnose wordt gesteld bij mensen die kampen met verlatingsangst, emotioneel labiel zijn, moeite hebben om hun agressie te beheersen, het leven als zinloos ervaren en een laag gevoel van eigenwaarde hebben.
Psychiater en auteur van de bestseller "Borderline times - het einde van de normaliteit", Dirk De Wachter, diensthoofd systeem- en gezinstherapie aan het Universitair Psychiatrisch Centrum van de KU Leuven (campus Kortenberg), ziet deze gedragingen en houdingen niet alleen bij individuele mensen, maar herkent ze ook in de maatschappij als geheel. Hij legt ongemakkelijke waarheden bloot in een postmoderne samenleving waar maatschappijcritici beschouwd worden als lastverkopers. In het volgende interview, van iets oudere datum maar met nog altijd brandend actuele inzichten, licht hij een en ander toe.
Met mijn blog hoop ik mensen te kunnen inspireren om meer hun passie te volgen. Is dat overdreven ?
De Wachter : Dat is heel mooi, maar toch ook problematisch. Omdat we dan de grenzeloosheid beoefenen. Laten we leren zien dat de wereld beperkt is. En dat het niet altijd fantastisch is. Je passie volgen is een bijzonder goed idee, maar vergeet niet dat in alle jobs, ook in de mijne, de dingen soms bijzonder lastig en frustrerend zijn. Dat hoort bij het leven. De boutade die ik gebruik is 'we moeten leren een beetje ongelukkig zijn'. Dus als je zegt "volg je passie", dan zeg ik ja, maar hou er rekening mee dat dat niet altijd alleen maar leukigheid is. Want dat gaat tegenvallen. Als je zeer gepassioneerd voor iets gaat, dan moet je er ook rekening mee houden dat dat af en toe behoorlijk lastig zal zijn.
Veel mensen zijn ontevreden met hun job. Liggen onze verwachtingen te hoog ?
Er zijn twee dingen eigen aan de mens : de nood aan anderen, aan hechting en de nood aan zinvolheid. Het gevoel iets betekenisvol te doen. Dat is een groot probleem van onze tijd. Veel jonge mensen denken van 'ik doe maar wat'. Dan is die uitspraak van "volg je passie" wel heel interessant.
Want als je passie te maken heeft met een engagement, met de ander met grote A, dan is je passie volgen het mooiste dat je kan doen. Iets doen waarin je gelooft, je leven een richting geven. Something to live up to. Dat is levensnoodzakelijk voor het menselijke dier. Het hoeft niet altijd rechtstreeks ontwikkelingshulp te zijn, maar gewoon iets met betekenis. Dat klinkt vlug heel wollig, maar het is essentieel. Als je passie volgen te maken heeft met enkel voor het egocentrische genot gaan, dan is dat eindigend in ledigheid.
U sprak in uw boek over de illusie van de maakbaarheid van de mens. Vandaag de dag lijkt het dat we zo veel opties hebben. Er is zo veel mogelijk.
Dat is schijn. Zo veel opties, zo veel mogelijkheden en nog nooit zo veel mensen in de psychiatrie. Dat is de paradox. Het lijkt alsof de wereld aan onze voeten ligt. Doe enquêtes bij twintigjaren en zie dat we nooit zo gelukkig zijn geweest, zogezegd. Iedereen vindt alles fantastisch. Op Facebook vindt iedereen alles leuk. En tegelijkertijd komt diezelfde populatie met horden tot bij mij, zeggende dat ze niet meer kunnen. Ze zien het leven niet meer zitten. Dat gaat daar mee gepaard. Dat is de paradox waarvan ik vertrek. We leven in zo'n onrealistische oververhitte gelukscultuur, dat we daar wel ziek van moéten worden. Laat ons eens een beetje temperen. Laat ons aanvaarden dat het leven eindig en beperkt is. En dat dat best oké is. En laat ons daar het beste van maken. Geen makkelijke boodschap voor jonge mensen.
Toch lijkt een optimistische levenshouding belangrijk.
Ik pleit voor nuance. We moeten niet massaal streven naar 100% geluk. En ook oog hebben voor ongeluk. Is het niet dat van jezelf, dan voor het ongeluk van anderen. Ik ben psychiater, ik zie hier hoe moeilijk het leven voor vele mensen kan zijn. Om dan te zeggen 'kijk eens hoe fantastisch', vind ik zelfs onheus. Je zal maar als kind door je ouders niet graag gezien worden. Dan is het leven geen evidentie. Ik vind dat we moeten leren een beetje ongelukkig zijn. Al was het maar om wille van de miserie en de onrechtvaardigheid van het bestaan. Want als we daar niet wat ongelukkig over zijn, dan doen we ook niets aan de wereld. Dan vinden we in ons bubbelbad te borrelen als weekdieren tot we vermosselen tot hersenloze nietsigheden. Af en toe ongelukkig zijn vind ik een soort morele plicht van waaruit een engagement vertrekt om de wereld beter te maken. Dat klinkt natuurlijk heel pastoorderig.
Zoals de pastoor ons ook vertelt dat we onze naaste lief moeten hebben ?
Inderdaad. Ik probeer niet pastoorderig te klinken. Gelukkig lijk ik meer op Nick Cave dan op een pastoor. Maar je kan niet anders dan pleiten voor een engagement. Dat is een weinig coole, sexy boodschap, maar die komt toch op een of andere manier wel aan. Dat doet me plezier.
Anderen zijn essentieel. Het bestaan is eigenlijk maar gegeven door de blik van de ander. Door een andere mens die je ziet en zegt dat hij je nodig heeft. Het is maar door te leven met anderen, dat je bestaat. Dat is de Leviaanse filosofie. En dat vind ik heel toepasselijk op een wereld waarin het egocentrische geluksidee centraal staat. Op iets van ikke, ikke, ikke. Heel individueel. Ontplooiing, tot je je tussen de plooien niet meer terugvindt. Dat leidt op lange termijn tot vernietiging van het maatschappelijk weefsel. Als niemand meer inzit waar jij mee bezig bent. Als je enkel bezig bent met jezelf. Dan vernietigt dat het sociale. En dat gaat niet. Want mensen hebben elkaar nu eenmaal nodig. De mens is een sociaal dier.
U haalde ook aan dat eenzaamheid vandaag een nog groter probleem is dan depressie.
Dat is een heel groot probleem van onze samenleving. Meer en meer mensen wonen alleen. Grote steden zitten vol met eenzame mensen, die met niemand spreken.
Onze efficiëntiecultuur doet daar geen goed aan. Kijken we bijvoorbeeld naar de bankwereld. Daar is self banking de norm geworden. Iedereen moet zijn verrichtingen via de computer doen. In de supermarkt is er self scanning. Dat is natuurlijk goedkoper en efficiënter als je het zuiver economisch bekijkt. Maar op den duur ga je geen menselijk contact meer hebben. Wat gebeurt er : deze mensen voelen zich eenzaam en komen bij mij. Ik geef hen dan geen pillen, maar stuur verpleegkundigen en sociale werkers aan huis. Dat doen we tegenwoordig in de psychiatrie. Dat kost de maatschappij veel geld, maar het werkt wel. Mensen hebben daar deugd van.
Die efficiëntiecultuur die economisch gestuurd is, zorgt voor 'collateral damage' van eenzaamheid en gebrek aan sociaal contact. Ik pleit dan heel provocerend voor de postbode die binnenkomt en een Witteke drinkt. De bankbediende die tijd maakt en zegt 'Hoe is 't madammeke ? Hoe is het met uw hondje ?' Dat is compleet tegen de tijd natuurlijk. Het brengt economisch gezien niets op, maar menselijk gezien wel.
Ik pleit wat dat betreft ook voor de cultuur van vaste benoemingen. Waar mensen gerust kunnen zijn. Wetende dat ze ook wanneer ze een dagje ouder worden en wat minder vooruit kunnen, niet zullen worden afgerekend op hun cijfers op het einde van het jaar.
Zoals we nu bezig zijn kan het niet verder ?
De speedboot gaat steeds sneller. Meer mensen vallen uit de boot. Doordat er meer mensen uit de boot vallen, wordt dat onbetaalbaar voor de maatschappij en gaan we dus minder betalen. Dat is een pervers mechanisme. We zitten daar on the border. Aan de rand van een groei-economie, van een steeds meer versnellend economisch systeem.
Wanneer ik het er in debatten met economen over heb, zijn die heel cynisch. Die zeggen dat de geschiedenis bewijst dat zo'n systeem niet blijft duren. Dat corrigeert zichzelf niet en leidt op den duur zelfs tot oorlog. Alles wordt vernietigd en dan bouwen we weer op. Die cynische analyse van de geschiedenis deel ik niet. Door het feit dat we intellectuelen zijn en kunnen nadenken, zijn we verplicht om alternatieven voor oorlog te bedenken.
Ik zie dat een hele generatie jonge mensen daar echt over nadenkt. Ze hebben geen oplossingen, maar voelen dat het zo niet verder kan. 'Wat zijn wij met ons leven aan het doen ?' Die bewustwording is de eerste fase. De oplossingen ken ik ook niet. Ik wil mensen aanzetten om zelf bottom up na te denken over kleine dingen in het leven die verandering kunnen teweegbrengen. Als dat voldoende draagvlak heeft, kunnen er echt dingen veranderen. Niet een politicus of een genie of weet ik veel wat die zegt : 'Ik weet het, jullie moeten niet denken, ik zal het voor jullie doen.'
U spreekt van een dwingende alleenheerschappij van mode, design en lifestyle. Er gaat veel aandacht naar deze drie zaken, omdat er een afwezigheid is van de fond, van de basis. De leegte die hierdoor ontstaat proberen we te compenseren door in overdreven mate aandacht te schenken aan ons uiterlijk.
Die leegte is de basis van waaruit alle symptomen ontstaan. Als die leegte zo lastig is, ga je daarvan weglopen en zoeken naar de buitenkant, waardoor de binnenkant nog meer uitholt. Hoe meer je op zoekt gaat naar kicks en allerlei stimuli, die de binnenkant moeten verdoven, hoe meer die ledigheid van de binnenkant zich zal opblazen tot het ontploft en alles plat valt. Niet alleen via mode en design. De reizen moeten ook steeds verder en exotischer. Ieder weekend moeten we iets speciaals doen. Thuis gewoon een boek lezen of in de tuin werken is saai. Dat zie ik ook bij mijn patiënten. Na een leven van kicks kunnen ze met niets nog gemotiveerd worden. Ze hebben alles toch al gehad. Als de grootste roetsjbaan je geen gevoel meer kan geven, dan blijf je gewoon in je bed liggen.
Was de maatschappij vroeger dan beter ?
Nee, dat wil ik zeker niet zeggen. Het systeem dat we hier hebben is zeer goed. Ik ben een cultuuroptimist. Mijn kritiek op de maatschappij is omdat ik erin geloof dat we iets kunnen veranderen. Maar als we willen behouden wat goed is, moeten we dringend veranderen. Zelfgenoegzaamheid is het grootste kwaad. Want je kan zeggen :'We zitten hier met ons glas wijn lekker warm binnen. Alles gaat toch goed ?' Maar het is een urgent probleem. Want het gaat heel snel. Men blijft doen alsof er niks aan de hand is tot het écht niet meer kan.
Wat raadt u ons aan om te doen ?
Indignez-vous et engagez-vous. Verontwaardig u en doe er dan iets aan. Iedereen op zijn niveau. De politici op het niveau van de politiek, de artsen op het niveau van hun patiënten. Om daar goed te zorgen en niet mee te stappen in die efficiëntiecultuur. De mensen van de media, de bedrijfsleiders, de vakbonden. Als iedereen op zijn niveau iets doet dan komt er een soort van onderstroom op gang die iets kan veranderen. Dat kan, dat bewijst de geschiedenis.