Translate

dinsdag 13 februari 2024

Nadenken over de sociaaleconomische gevolgen van AI

Vandaag zijn we getuige van een nieuwe industriële revolutie, die niet alleen een uitbreiding is van het internet en digitalisering, maar een fundamentele breuk met het verleden betekent, vergelijkbaar met de opkomst van mechanisering van twee eeuwen geleden.


Deze grafiek is een eyeopener. Voor het jaar 1990 waren er meer dan 7 werknemers nodig om in beursgenoteerde Amerikaanse S&P 500 bedrijven 1 miljoen dollar inkomsten te verwerven. In 2024 volstaan 2 werknemers voor hetzelfde resultaat. Met de opkomst van artificiële intelligentie (AI) zal de evolutie van 'meer opbrengst met minder personeel' waarschijnlijk nog versnellen.

Net als haar voorgangers is deze industriële revolutie 'kapitaalintensief', wat betekent dat die gebaseerd is op investeringen en kapitaalconcentratie, in plaats van op arbeid.

Een indicator hiervan is de spectaculaire stijging van de beurswaarde van technologiebedrijven. De aandelenkoers, die de door de aandeelhouders verwachte winstgevendheid weerspiegelt, suggereert dat deze bedrijven het kapitaal verrijken in plaats van de werknemers die ze in de toekomst zullen aanwerven. Deze aandelenprijzen weerspiegelen niet alleen hun quasi-monopolistische aard, maar ook de productiviteitswinst die ze uit de rest van de economie zullen zuigen.

Als kunstmatige intelligentie leidt tot de diskwalificatie van menselijke arbeid, zal deze realiteit zich op wereldwijde schaal verspreiden.

Uiteraard komt menselijke vooruitgang iedereen ten goede en is het de bron van collectieve welvaart, maar het is cruciaal om productiviteitswinsten eerlijk te verdelen, ook al kunnen kapitalisten terecht beweren dat die winsten het gevolg zijn van hun investeringen.

Volgens de Amerikaanse zakenbank Goldman Sachs zou de opgang van AI 300 miljoen jobs kunnen kosten in de VS en Europa. De OESO, een organisatie van 38 vooral rijke landen, meldt in haar laatste werkgelegenheidsrapport dat 27% van alle jobs kunnen geautomatiseerd worden.

Volgens het laatste rapport over kunstmatige intelligentie van het IMF wordt 60% van de banen in geavanceerde economieën door AI veranderd en van deze 60% zou de helft negatieve gevolgen ondervinden. Ditzelfde instituut, dat men niet kan verdenken van linkse sympathieën, benadrukt het gevaar van groeiende ongelijkheid en het belang van het delen van productiviteitswinsten.

De volgende grafiek uit de VS laat zien hoe de inkomensongelijkheid tussen de 1% beste verdieners en alle andere werknemers in de loop der decennia significant is toegenomen.

Bron: economicsfromthetopdown.com/2020/01/17/debunking-the-productivity-pay-gap/


In 40 jaar is het BBP van de VS met 6,60% per jaar gegroeid (inclusief inflatie). Het mediane loon van een Amerikaanse werknemer is met 3,6% per jaar gestegen, terwijl de Dow Jones aandelenindex, zonder zelfs rekening te houden met dividenden, met 8,8% is gestegen.

Toegegeven, de financiële theorie rechtvaardigt het feit dat, vanwege de onzekerheid over de toekomst, kapitaal een 'risicopremie' opstrijkt. Vergeten we echter niet dat arbeid de enige echte productiefactor is en vooralsnog blijft.

Natuurlijk zal AI ook nieuwe banen creëren. Maar in eerste instantie zullen er behoorlijk wat banen gaan sneuvelen. Volgens een artikel in de Wall Street Journal zal generatieve AI niet alleen routinetaken synthetiseren die door miljoenen mensen achter computers worden uitgevoerd. Een veel groter deel van de witteboordenbanen dreigen te worden ontwricht, inclusief midden- en hogere managementfuncties. 

We dienen ons absoluut zorgen te maken over de sociaaleconomische onevenwichtigheden die onze gemeenschappen nu al ondermijnen. 

Begrijpen wij voldoende het gevaar van buitenlandse bedrijven van wereldformaat die het vermogen van regeringen om op te treden kunnen overweldigen?


Als je dit een interessant artikel vond, deel het dan even via bvb. de sociale media. Dank !








Geen opmerkingen: