Translate

zondag 7 februari 2016

Komt er een bewust in elkaar gezette olieschok ?

"Ik had nooit gedacht dat ik zou wensen, zelfs zou bidden voor hogere olieprijzen, maar dat is nu echt wat ik doe," zo zegt Han de Jong, hoofdeconoom bij ABN Amro Bank.  "De wereld heeft heel hard hogere olieprijzen nodig."


De westerse consument heeft natuurlijk baat bij een lage olieprijs, maar toch zijn er grote nadelen verbonden aan de huidige situatie.  De winstcijfers van de grote oliebedrijven dalen. Olieproducerende landen hebben het moeilijk.  Zelfs in die mate dat het risico op een faillissement van Venezuela reëel geworden is : zo denkt de markt dat de schuldpositie van het land onhoudbaar is gewordenIn haar laatste artikel haalt oliekenner Gail Tverberg maar liefst 10 redenen aan waarom een prijs van minder dan 30 dollar per vat olie problematisch is voor de wereldeconomie.

Een fundamenteel gegeven van vandaag is de mismatch tussen vraag en aanbod. Door te lage olieprijzen gedurende een te lange periode gaat er olieproductie verloren.  Samengevat kan de wereldeconomie niet behoorlijk functioneren zonder een adequate toevoer van olieproducten.


&&&


William Engdahl (1944) is een Amerikaans-Duits historicus, economisch researcher, journalist en auteur.  Zijn boeken "A Century of War - Anglo-American Oil Politics and the New World Order", "Gods of Money - Wall Street and the death of the American Century" en "Full Spectrum Dominance" zijn werkelijk verplichte lectuur voor eenieder die de - onaangename - waarheden wil vernemen van onwaarschijnlijke geopolitieke -, en financieel-economische machtsprocessen die zich achter de schermen afspelen.

Engdahl heeft een sterk van de consensus afwijkende mening ontwikkeld over het hoe en waarom van de huidig lage olieprijs.  Hij is ervan overtuigd dat er ook andere elementen spelen dan alleen overproductie.  
Volgens hem is de herintrede van Iran op de internationale oliemarkt niet de oorzaak voor de scherpe prijsval sinds 1 januari.  Hij citeert Seyyid Mohsen Ghamsari, een van de topmensen van de Nationale Iraanse Oliemaatschappij : "Iran... will try to enter the market in a way to make sure the boosted production will not cause a further drop in prices...  We will be producing as much as the market can absorb." Ook is het volgens hem niet juist dat de Chinese olievraag in mekaar is gestort.  Het land werd in 2015 zelfs de grootste importeur met een jaar-op-jaarstijging van 8,9%.

Engdahl ziet nog twee bijkomende geopolitieke redenen die eerder een stijging dan een daling van de olieprijs hadden moeten uitlokken.  Ten eerste is er de Russische beslissing om de Syrische president Assad te hulp te snellen via doorgedreven luchtaanvallen tegen terroristische installaties.  Ten tweede was er de spectaculaire breuk in de Turks-Russische betrekkingen, naar aanleiding van het door Navolid Turkije neerschieten van een Russisch gevechtsvliegtuig boven Syrisch grondgebied.

Maar ook in oliemacht Saoedi-Arabië rommelt het.  Door de ingezakte olieprijs zijn de inkomsten van het land ernstig teruggelopen en kijkt men aan tegen een begrotingstekort van maar liefst 16% van het BBP.  Engdahl meent dat, aansluitend op de reeds bestaande politieke spanningen in het Midden-Oosten tussen een soennitisch blok (Saoedi-Arabië, Turkije en de Arabische Golfstaten) enerzijds en een sjiietische 'coalitie' (Syrië, Irak en Iran) anderzijds, er zich een nieuw destabiliserend gegeven aandient.

Op 28 april 2015 benoemde de 80-jarig oude Saoedische koning Salman bin Abdoel Aziz Al-Saoed namelijk zijn 30-jarige zoon Mohammed tot plaatsvervangend kroonprins.  Op 2 januari van dit jaar of kort ervoor liet de - als instabiel omschreven - Mohammed de gerespecteerde sjiietische sjeik Nimr Baqr al-Nimr terechtstellen.  Al-Nimr was het boegbeeld van de onderdrukte sjiietische minderheid (ongeveer 25% van de bevolking) in het land, die vooral geconcentreerd is in de olie- en gasrijke oostelijke provincie.

Op 3 december 2015 lekte de Duitse inlichtingendienst een memo naar de pers waarin gewaarschuwd werd voor de groeiende macht van kroonprins Mohammed die in die nota omschreven werd als emotioneel en onvoorspelbaar : "The previous cautious diplomatic stance of older leaders within the royal family is being replaced by a new impulsive policy of intervention."

&&&

Megabank Goldman Sachs verklaarde een paar weken terug dat een olieprijs van 20 dollar allicht noodzakelijk is om de oliemarkt te stabiliseren en af te raken van het overaanbod.  De laatste keer dat Goldman Sachs en Wall Street-collega's een belangrijke voorspelling lanceerden omtrent de olieprijs, was in de zomer van 2008.  Een vat olie noteerde 147 dollar - een recordprijs - en Goldman voorspelde toen dat olie op weg was naar 200 dollar. Engdahl schreef in die periode dat, omwille van het overaanbod, net een tegenovergestelde prijsbeweging zou plaatsvinden.  Merkwaardig genoeg werd dit feit alleen door Lehman Brothers opgemerkt.

In december 2008 was de olieprijs (Brent standaard) weer spectaculair teruggevallen naar 47 dollar.  Volgens Engdahl was de ondergang van Lehman, die de aanzet was tot een diepe wereldcrisis, een bewust manoeuvre van toenmalig Amerikaans minister van Financiën Hank Paulsen, ex-president van Goldman Sachs.  
Hij stelt de volgende indringende vraag : "Did Paulsen's cronies at Goldman Sachs and other key Wall Street mega-banks such as Citigroup or JP Morgan Chase know in advance that Paulsen was planning the Lehman crisis to force Congress to give him carte blanche bailout powers with the unprecedented TARP funds of $700 billion ?"  Hoe dan ook maakten Goldman en co, dankzij het gebruik van oliederivaten, naar verluidt een gigantisch pak winst door te gokken tégen hun eigen, door henzelf gehypte, 200 dollarvoorspelling. Een klassiek voorbeeld van hoe deze vampierinstellingen, die eerst grote partijen (in dit geval grote Chinese oliekopers) overtuigen van een bepaalde prijsbeweging, vervolgens met tegenovergestelde speculatiepraktijken enorme - oneigenlijke - winsten opstrijken.

De Amerikaanse schalie-oliebusiness, die het grootste gedeelte van de stijgende olieproductie in de VS sinds ongeveer 2009 voor haar rekening neemt, zal te maken krijgen met massale faillissementen.  Twee boosdoeners zijn hiervoor verantwoordelijk : de zeer lage olieprijs en de financiële houdgreep vanwege de grote Wall Street-bankiers zoals Citigroup, JP Morgan Chase enz.  Het zou zowel die Wall Street-giganten als hun historische klanten, het 'Big Oil'-kartel (bestaande uit ExxonMobil, Chevron, British Petroleum en Shell), goed uitkomen dat de 'schalie-oliecowboys' op de fles gaan.  Want dan kan de gezamenlijke controle over de wereldoliemarkt herwonnen worden.  De aankomende kredietbeoordeling ('loan review') door de grote financiële instituten in april zou in die zin aanleiding kunnen geven tot een ernstiger faillissementengolf van schalie-olieproducenten.


&&&

Enkel de afbouw van de winning van onconventionele olie zal de prijzen niet terugbrengen (dalende wereldvraag, groot aanbod uit het Midden-Oosten) naar een prijsniveau van 70 à 90 dollar wat 'Big Oil' en hun Wall Street-bankiers goed zou uitkomen.

Engdahl, met al z'n ervaring, feitenkennis en netwerk, gelooft dat de wereld nog dit jaar een nieuwe, grote olieschok te wachten staat.  Dat er zich iets dramatisch en onverwacht aan het ontwikkelen is op de wereldoliemarkt : "Is something very ugly brewing in the Persian Gulf that will dramatically push oil prices up later this year?  Is a real shooting war between Shi'ite and Saudi Wahhabi oil states brewing?  Until now it has been a proxy war in Syria primarily.  Since the execution of the Shi'ite cleric and Iranian storming of the Saudi Embassy in Teheran, leading to a break in diplomatic ties by Saudi and other Sunni Gulf Arab states, the confrontation has become far more direct.  Dr. Hossein Askari, former adviser to the Saudi Finance Ministry, stated, "If there is a war confronting Iran and Saudi Arabia, oil could overnight go to above $250, but decline back down to the $100 level.  If they attack each other's loading facilities, then we could see oil spike to over $500 and stay around there for some time depending on the extent of the change."

&&&


Krijgt William Engdahl gelijk ?  Een ding staat vast : in zijn boeken en artikels toont hij duidelijk aan dat er op de achtergrond van o.a. olieprijsontwikkelingen heel andere krachten actief zijn dan zichtbaar voor het grote publiek.


&&&

Reactie van Diederik Schmull op dit stuk (17/2/16) :

Mijn mening is nog steeds, dat de Olieprijs uiteindelijk de richting opgaat van $ 10 tot $ 20 per barrel. 
Dat is de marginale kostprijs, waar de overproductie eindelijk stopt.

Natuurlijk is er een tijdelijke, scherpe opvering  mogelijk vanwege geopolitieke ontwikkelingen. Maar dat duwt de wereldeconomie nog verder in het slop. Consumentenbestedingen storten in. Investeringen laten het afweten. Koersen glijden de afgrond in.

Elk prijsherstel in de olieprijs is daarom een verkoopgelegenheid. We hebben hier te maken met een STRUCTURELE prijsafbrokkeling in verband met de economische stagnatie en daaropvolgende economische depressie.  Het is heel begrijpelijk, dat degenen, die de instorting van grondstoffenprijzen niet zagen aankomen, nu in een ontkenningsfase verkeren. Hoe is het toch mogelijk, dat men blijft hopen op een fors economisch herstel, als de olieprijs weer stijgt, wat een belastingverhoging is. De meesten hadden juist verkondigd, dat een lagere olieprijs positief was!

Zelfs als WWW III zich zou uitbreiden (Turkije is lid van de NATO en zou een oplawaai kunnen krijgen van Rusland), dan zou de wereldhandel in elkaar ploffen. 



vrijdag 29 januari 2016

Hoe zit het nu met de olieprijs ?

Olie is en blijft tot nader order de voornaamste energiebron en het onmisbare levensbloed van de globale economie. Midden 2014 noteerde de prijs voor een vat Brent olie nog 116 dollar, vandaag is de prijs teruggevallen naar 35 dollar. Hoe is zulk een sterke daling te verklaren en welk prijsniveau kunnen we in de toekomst verwachten ?


Bron : Bruegel


Een en ander is merkwaardig, want het blijkt dat sinds 1999 de productiekost voor olie met zo'n 10,9% per jaar is gestegen. Wat de prijsontwikkeling dus permanent zou dienen te ondersteunen. 


Bron : Steve Kopits van Westwood Douglas.
CAGR = compound annal growth ratio (samengestelde jaarlijkse groeivoet)


Toch is dat de laatste jaren niet het geval.  
Onderzoek leert dat er meerdere redenen zijn voor de (zeer) lage olieprijs. 

Er manifesteert zich vandaag een duidelijk overaanbod op de oliewereldmarkt.  Wat of wie is dan verantwoordelijk voor de snel gestegen wereldolievoorraad ? Antwoord : de Verenigde Staten, als grootste economie van de planeet.  Het olieaanbod van de VS steeg heel snel sinds 2008, gedeeltelijk omwille van de vlotte beschikbaarheid aan kredieten tegen zeer lage intrestvoeten.  Zo produceerde Amerika in 2014 op z'n eentje 2x zoveel olie als de toename van de wereldvraag. Deze mismatch tussen vraag en aanbod droeg doorslaggevend bij tot de in dat jaar wegzakkende olieprijs.  Ook in 2015 is de Amerikaanse productie blijven toenemen.


Bron: Amerikaans Energieagentschap


Er werd zelfs melding gemaakt dat in Amerika de benzinevoorraden nu op het hoogste peil staan sinds 1993.  Verder is er het feit dat de opslagcapaciteit van olie in de VS momenteel beperkt is (zie subtitel 'The U.S. Oil Storage Problem').  
De Amerikaanse beleidsbepalers hebben ook de monetaire stimuleringsmaatregelen ter bevordering van hun economie verminderd: het QE- programma werd stopgezet en het begrotingstekort aangepakt.   

Het laat zich aanzien dat het wereldaanbod nog zal blijven stijgen, want gebruik makend van de huidige geopolitieke ontspanning met het westen, wil Iran zijn olieproductie weer opschroeven.  En Saoedi-Arabië wil haar olie aan een lagere prijs blijven verkopen om toch maar geen marktaandeel te verliezen.
China, de grootste olie-importeur, heeft te kampen met een afkoelende economie en neemt minder olie af.  Bovendien zijn de Chinese beleidsmakers ermee begonnen om het proces van excessieve kredietopbouw sinds 2008 een halt toe te roepen.  

Hoe zit het met de consument ?  De vertragende wereldeconomie heeft als effect dat de koopkracht van de niet-elitaire werknemers (dus niet de 1%) is teruggevallen : die kunnen dus bijvoorbeeld moeilijker huizen en auto's kopen.  Wat de grondstoffenprijzen naar beneden duwt.
Bijkomend kan men vooral in de 4 leidende economische blokken (de VS, Europa, China en Japan) een structureel demografisch patroon van verouderende bevolkingen vaststellen.
Een verouderende bevolking kan geen economische groei bewerkstelligen.  Wat dus ook weer negatief uitpakt voor de prijs van het zwarte goud.

Bron: solarcycles.net - John Hampson


Wat zeggen de specialisten over de toekomstige evolutie van de olieprijs ?
Diederik Schmull en Gary Shilling menen dat de olie naar een prijs van 10 à 20 dollar per vat dient te zakken om de huidige overproductie te stoppen.  
Ook Gail Tverberg gelooft dat de prijs verder zal dalen en dat een prijsniveau van 100 dollar of meer, zoals in de periode 2011 - 2014, niet meer zal worden bereikt.  Ze meent dat het evenwicht tussen vraag en aanbod dient te worden hersteld, maar is hierover eerder pessimistisch.   




dinsdag 19 januari 2016

Beperkt beschikbare olie en het einde van de schuldensupercyclus

“What is ahead for 2016 ?  Most people don’t realize how tightly the following are linked :
1. Growth in debt
2. Growth in the economy
3. Growth in cheap-to-extract energy supplies
4. Inflation in the cost of producing commodities
5. Growth in asset prices, such as the price of shares of stock and of farmland
6. Growth in wages of non-elite workers
7. Population growth”

“Many people have talked about Peak Oil, the Limits to Growth and the Debt Supercycle without realizing that the underlying problem is really the same – the fact that we are reaching the limits of a finite world.”
“The US government has recently decided to raise interest rates.  This further reduces the buying power of non-elite workers.  We have a situation where the “economic growth pump”, created through the use of a rising quantity of cheap energy products plus rising debt, is disappearing.”
“Debt defaults are likely to cause major problems in 2016.  As noted in the introduction, we seem to be approaching the unwinding of the debt supercycle.  We can expect one company after another to fail because of low commodity prices.  The problems of these failing companies can be expected to spread to the economy as a whole.”
“Thus all economies have finite lifetimes, just as humans, animals, plants and hurricanes do.  We are in the unfortunate position of observing the end of our economy’s lifetime.”

“We know that historically collapses have tended to take many years.  This collapse may take place more rapidly because today’s economy is dependent on international supply chains, electricity and liquid fuels – things that previous economies were not dependent on.”


Voor het volledige artikel, zie : Oil limits and the end of the Debt supercycle

zaterdag 2 januari 2016

Het wereldgeldsysteem is een kaartenhuis

Reeds 7 jaar lang gelooft de wereld dat de centrale banken de financiële crisis van 2008-2009 hebben opgelost.  Niets is echter minder waar.  Het centrale wereldprobleem is simpel maar ook angstaanjagend : in verhouding met de productieve economie zit er teveel schuld in het geldsysteem.
Als de aanpak van de nationale bankiers al zo'n succes is, hoe komt het dan dat het herstel van de crisis het zwakste is sinds de Tweede Wereldoorlog ?  Verder kan men vaststellen dat belangrijke activa zoals aandelen, obligaties en vastgoed bubbelniveaus bereikt hebben.  Niet alleen hebben de centrale banken geen idee hoe ze de problemen in het financieel systeem kunnen repareren, de volgende feitenopsomming bewijst dat dit onmogelijk is geworden.


Het echte probleem van het financieel systeem is de (staats)obligatiezeepbel.
Tussen het jaar 2000 en vandaag is de omvang van de wereldwijde obligatiemarkt verdrievoudigd.  Vooral de markt van de overheidsobligaties is geëxplodeerd. Hoe is een dergelijke situatie kunnen ontstaan ?  Politici, met hun herverkiezing in het achterhoofd, spendeerden en spenderen geld om hun kiezers te paaien.  Belastinginkomsten volstonden en volstaan niet om de staatsuitgaven te dekken en dus gingen regeringen nieuwe schulden aan.
De grootbanken bezitten een monopolie op het veilen van staatsleningen (de zogenaamde 'primary dealers') en die zijn om de volgende redenen zeer blij met de toename van die bubbel.
    1. Ze gebruiken deze zogezegd 'risicovrije' activa als onderpand voor vele triljarden dollars aan derivatentransacties.  Zo bedraagt de Spaanse obligatiemarkt 1.000 miljard dollar.  Maar het verhandelde derivatenvolume gebaseerd op Spaanse staatsleningen is minstens 10 keer hoger...  Ander voorbeeld : een investering van 1 miljoen dollar in een Amerikaanse staatsobligatie kan een investering van meer dan 20 miljoen aan derivaten en niet-balans genoteerde gestructureerde beleggingsvehikels afdekken.  De winsten die gelieerd zijn aan de derivatenmarkten blijven overigens een belangrijke inkomstenbron voor de banken. Waarom lopen de banken hierbij een groot risico ?  Omwille van hun hefboom !  Zelfs als niet meer dan 10% van deze risicovolle transacties verkeerd afloopt, gaat het eigen vermogen van meerdere grote EU-banken in rook op.
    2. Grootbanken zijn onmisbare kopers van overheidspapier en dit geeft ze de macht om regeringen te chanteren en deze te dwingen hen te redden als het misloopt. Bankiers kunnen er namelijk mee dreigen die staatsobligaties te dumpen en zo de verzorgingsstaat in het bankroet te jagen.  
    3. In een schuldengebaseerd financieel systeem als het onze, zijn soevereine obligaties het meest kostbare actief.  Wie daarvan het grootste deel in bezit heeft, zit aan de top van de 'financiële voedselketen' (financieel, economisch, politiek).
Rekening houdend met de niet-voorziene toekomstige sociale zekerheidsverplichtingen (pensioenen), zitten westerse naties aan schuldratio's van meer dan 300% boven hun BBP (bruto binnenlands product).  In essentie zijn de westerse landen bankroet. Politici durven het niet aan om (diep) te snijden in sociale programma's.  Eerder dan om onhoudbare sociale contracten te herstructureren, kiest de politieke klasse ervoor om nieuwe schulden aan te gaan...

Geen volwaardig onderpand voor de derivatenzeepbel
De omvang van de staatsobligatiemarkt bedroeg in 2014 58.000 miljard dollar.  De top van deze schuldenpiramide bestaat uit obligaties van landen met een hoge kredietrating : US Treasuries, Duitse Bunds, Zwitserse staatsleningen enz.  Het gaat hier om de beste activa, de crème de la crème van het huidige financiële systeem.  Als je de landen die door ratingbureau Standard & Poors met een 'AAA' (13 in totaal) en met 'AA' (3) selecteert, vertegenwoordigt dit anno 2015 een bedrag van ongeveer 23.500 miljard dollar.  Dit kapitaal kan worden beschouwd als het ultieme onderpand van de derivatenmarkt, de meest omvangrijke aller financiële markten, 553.000 miljard dollar groot.  Het is juist dat, dankzij nieuwe compressietechnieken, de derivatenbubbel recent enigszins werd verkleind. 
Maar de waarheid is dat finaal belastingbetalers als u en ik - de ware rechthouders van de staatsschuld - het ultieme onderpand uitmaken van een enorme zeepbel.

Want wat is een derivaat ?  Dat is ieder financieel instrument dat afgeleid is van de inherente waarde van iets dat tastbaar is.  Zo heeft een vat olie een bepaalde waarde, een ton koper vertegenwoordigt een zekere waarde want het heeft allerlei toepassingen, met een lading rijst kan je een bepaald aantal mensen voeden enz.  Van deze en vele andere reële waarden worden financiële producten gecreëerd.  Denk aan een huis met hypotheek.  Als men die hypotheek bundelt en verpakt, dan heb je te maken met een derivaat (de zogenaamde 'mortgage backed securities').

Iets minder dan 450.000 miljard dollar van deze gigantische virtuele markt is gerelateerd aan intrestvoeten.  Wat dus betekent dat banken en andere financiële instituten (bvb. hefboomfondsen) letterlijk een bedrag gelijk aan 5,5 keer het globale wereldBBP (78.000 miljard dollar volgens de Wereldbank) verwed hebben op de evolutie van de rentestanden.

Ter vergelijking : de omvang van de CDO- en CDS-markt die het debacle van 2008 veroorzaakte, bedroeg slechts 50.000 à 60.000 miljard dollar.  Dus als de bubbel barst, zal dit niet slechts een bepaalde sector of activaklasse of een specifiek land treffen.  Ditmaal zal het hele systeem worden aangetast.

Derivaten werden en worden gebruikt om te frauderen
Vele grote multinationale bedrijven, regeringen en zelfs gemeentelijke overheden hebben gebruik gemaakt van derivaten om winsten te vervalsen en schulden te verbergen.  Werkelijk niemand kan uitmaken in hoever dit het geval is geweest. Maar gegeven het feit dat 20% van de Amerikaanse financiële bedrijfsdirecteuren bekend heeft om in het verleden 'creatief' te zijn omgesprongen met winstcijfers, gaat het hier allicht om een betekenisvol bedrag.

Amerikaanse bedrijven zijn te zwaar 'geleveraged'
Amerika is nog steeds de grootste economie van de planeet en dus belangrijk voor de wereldeconomie.  Het blijkt dat Amerikaanse ondernemingen vandaag een grotere hefboom (vreemd vermogen ten opzichte van eigen vermogen) hanteren dan in 2007.  Volgens een nota van megabank Goldman Sachs zouden hun schulden zelfs meer dan verdubbeld zijn. Anno 2015 bedraagt de bedrijfsobligatiemarkt in de VS 7.000 miljard dollar of maar liefst 45% van het Amerikaanse BBP.  

Centrale banken zijn eveneens 'overleveraged'
De nationale banken hebben een grotere of even grote hefboom (verhouding tussen de totale balans en eigen vermogen) ontwikkeld dan die van zakenbank Lehman Brothers (30 tegen 1) bij haar ondergang in 2008.  Momenteel bedraagt de hefboom van de Amerikaanse centrale bank ('Fed') 78 tegen 1.  De Europese Centrale Bank noteert 26 tegen 1.  Uit de vrijgegeven notulen van de Fed blijkt dat Janet Yellen in 2009 (op dat moment nog geen gouverneur), toen het balanstotaal 1.300 miljard dollar bedroeg, bezorgd was hoe deze balans kon worden genormaliseerd.  Vandaag is die balans 4.500 miljard dollar groot.  Conclusie : centrale banken lijken vandaag eerder op kolossale hefboomfondsen.


&&&

Als men de omvang van de huidige obligatie- en derivatenballon beschouwt, worden de initiatieven die de centrale bankiers tot nu toe ondernomen hebben begrijpelijk :
  • het agressief verlagen van de rentevoeten om de schuldenhimalaya behapbaar te maken; het Japanse voorbeeld van oplopende schulden (privé- en publieke schuld samen, vooral opgebouwd gedurende de laatste 25 jaar, bedraagt 400% van het BBP), bewijst evenwel dat men een schuldenprobleem niet kan bevechten door die schuld goedkoper te maken
  • het trachten te creëren van inflatie : dit maakt schuldverplichtingen draaglijker en stelt de onvermijdelijke schuldensanering uit; de centrale banken zijn namelijk als de dood voor schuldendeflatie, want dit zou de globale staatsobligatiebel doen barsten en het bankroet veroorzaken van soevereine naties
  • kwantitatieve geldverruiming : het opkopen van effecten van banken in ruil voor liquiditeiten, bedoeld om banken leningen te doen uitschrijven ter stimulering van de economie

Zeer recent heeft de leidinggevende aller centrale banken, de Amerikaanse Federal Reserve Bank, haar basisrentevoet met 0,25% verhoogd.  Toch zijn er een drietal redenen waarom die aanpassing naar boven niet veel verder zal gaan.

Ten eerste vanwege de zogenaamde 'dollar carry trade', een bekende speculatietechniek. Een hefboomfonds in Hong Kong kan bvb. 100 miljoen dollar lenen tegen een minieme intrestbetaling van 250.000 dollar en dat kapitaal vervolgens beleggen in de Braziliaanse Real die 11% opbrengt.  Winst : 10,75 miljoen dollar.
Op die manier hebben investeerders overal ter wereld een bedrag van meer dan 9.000 miljard dollar (laagrentend, dankzij de nulrentepolitiek van de Fed) ontleend en vervolgens in andere - hoger renderende - activa belegd.  Om u een idee te geven van wat 9.000 miljard dollar vertegenwoordigt : dit komt overeen met de gecombineerde waarde van de Duitse en Japanse economie !

Als men op de financiële markten dollars ontleent, betekent dit dat de dollar effectief wordt 'geshort' (speculeren op een koersdaling).  Ingeval de dollar echter in waarde stijgt in plaats van te dalen, worden voornoemde carry trades snel opgeblazen en moeten die worden teruggedraaid.  Carry trades werken alleen als de munt waarin men ontleent zwak of stabiel blijft.  Gedurende het laatste jaar is de dollar echter met 20% in waarde toegenomen.
Maar als de Fed de intrestvoeten sterk zou doen stijgen, zou het veranderde renteverschil tussen de dollar en andere belangrijke valuta's (zoals de yen en de euro) tot gevolg hebben dat een pak kapitaal uit de yen en de euro zou wegvloeien naar de dollar.

Het onvermijdelijk op gang gekomen proces van schuldenafbouw doet de dollar echter geleidelijk in waarde toenemen, want die genoemde investeerders moeten hun dollarschulden terugbetalen of... in faling gaan.  Een snel stijgende dollar zou zo een ineenstorting van geïnflateerde activa te zien geven en dit wereldwijd.  Daarom kan de Amerikaanse nationale bank zich geen bruuske renteverhoging veroorloven.

Ten tweede maakt een stijgende dollar, vanwege vluchtkapitaal uit Azië en Europa, de Amerikaanse ondernemingen minder competitief.  En dat zowel thuis, door goedkopere import, als op de wereldmarkten.  Samen leidt dat typisch tot oplopende werkloosheid. De momenteel middelmatig groeiende Amerikaanse economie kan simpelweg geen normale intrestniveaus verdragen.

Ten derde.  Zoals eerder aangehaald, vormen overheidsobligaties het ultieme onderpand voor de enorme derivatenmarkt.  77% van alle uitstaande derivaten in het Amerikaanse financiële systeem zijn gebaseerd op rentevoeten.  Die op rente gebaseerde afgeleide producten zitten op de balansen van de grootbanken en vertegenwoordigen zo'n slordige 156.000 miljard dollar.  Zelfs als slechts een minuscule 1% van die 'waarde' een risico zou vormen, zou dit risico het volledige kapitaal van de Amerikaanse grootbanken wegvagen.

&&&

Teneinde het wereldwijde, op schulden gebaseerde monetaire systeem van de ondergang te redden, hebben de nationale banken tijdens de meltdown van 2008 gefungeerd als 'buyers of last resort'.
Sinds 2009 werd de koers van de globale markten voornamelijk bepaald door het centralebankenbeleid, niet door organische economische groei.  De verstoringen als gevolg van hun tweesporenbeleid van nulrentepolitiek en kwantitatieve versoepeling werden systemisch van aard.  Investeerders kochten en kopen niet langer activa op basis van hetgeen ze in de reële economie als correcte waardebepalingen ervaren.  Neen, ze baseren zich op de daden en beloften van de almachtig geworden geldhogepriesters in Washington, Frankfurt, Londen en Tokio.

Anders dan in 2008 zullen Janet Yellen, Mario Draghi en anderen de komende nieuwe crisis niet meer kunnen stoppen.  Waarom niet ?

Eerst en vooral zit de wereld opgescheept met historisch lage renteniveaus.  Sommige centrale bankiers hebben recent hun rentetarieven zelfs onder 0 laten zakken.  Het rentewapen zal dus ditmaal geen enkel positief effect meer sorteren. Maar ook een verder toepassen van kwantitatieve verruiming zal, door de reeds opgeblazen centralebankbalansen, geen lang leven beschoren zijn.  De nationale banken zijn feitelijk insolvabel.
Zoals al eerder vermeld, staat Japan symbool voor hetgeen er financieel-economisch in de wereld fout gaat.  Op het vlak van de schuld- en vergrijzingsproblematiek is Japan de wereld 15 jaar vooruit.  Zo lanceerde het land in 2013 nog een stimuleringsprogramma ter waarde van 25% van haar BBP !  Zowel de Nikkei aandelenindex als de gemiddelde prijs van onroerend goed noteren in Japan 50% lager dan 25 jaar geleden.  En dat ondanks alle toegediende monetaire doping.

Hét probleem van vandaag is snel samengevat : excessieve schulden, een enorme derivatenberg, te weinig economische groei en inflatie en daardoor te weinig belastinginkomsten.  Bovendien is het financiële systeem méér 'geleveraged' dan in 2008. Wat er zich afspeelt, is dat de centrale banken langzaam maar zeker de controle aan het kwijtraken zijn.  De ultieme crisis, het eindspel, zal komen als het vertrouwen in het centrale bankensysteem wordt opgezegd.

We leven in een tijd waarbij de wereld de rekening krijgt gepresenteerd van een 65-jarige superschuldencyclus.  In essentie hebben we allemaal samen geen enkele keuze meer : ons financieel-economisch model diepgaand veranderen of te pletter vallen.






woensdag 18 november 2015

Angst en geld zijn de steunpilaren van de machtselite

Macht is de bron van alle kwaad.  

Als je de geschiedenis erop naslaat, dan zie je dat alle oorlog, genocide, vervolging, honger, armoede, crisis enz. het gevolg is van macht of de hang naar macht.  Het is dus werkelijk de bron van alle ellende die er over alle onderdrukten van alle tijden is neergedaald.  Ik heb lang gezocht naar een uitzondering, maar die heb ik niet kunnen vinden.

En omdat er geen uitzondering is, is macht dus het enige waar we bang voor moeten zijn.
Natuurlijk moet je dan het begrip 'macht' gaan definiëren :
Macht is het vermogen om anderen te kunnen laten doen (of laten) wat jij wil.
En daarmee kunnen die anderen dus niet meer doen (of laten) wat ze zelf willen.

En daarmee is direct het begrip 'vrijheid' gedefinieerd.  Vrijheid is dus de mogelijkheid om te kunnen doen (of laten) wat je zelf wil.  Vrijheid is de mogelijkheid om te kunnen zijn wat je bent.  Macht van de één bestaat dus uitsluitend om de onvrijheid van de ander.  Zonder onvrijheid geen macht, en zonder macht geen onvrijheid.  Absolute vrijheid betekent dus de absolute afwezigheid van macht, en absolute macht betekent de absolute afwezigheid van vrijheid.  Deze twee begrippen zijn onverbrekelijk met elkaar verbonden.  Als we dus vrijheid nastreven, moeten we macht voorkomen.

Ik maak geen onderscheid tussen politieke en economische macht.  En dat doe ik niet omdat er naar mijn inzicht geen onderscheid bestaat.  De top van het bedrijfsleven en de politieke top lijken voor de buitenwereld twee aparte entiteiten, maar zijn het niet.  Ze zijn al heel lang met elkaar getrouwd.  Dat is niet altijd even duidelijk zichtbaar, en dat komt omdat men de illusie van aparte entiteiten graag handhaaft.

Macht kent maar twee 'vervoermiddelen' : angst en geld.
Met vervoermiddel bedoel ik een middel waarmee de individuele vrijheid afgenomen kan worden om daarmee de macht te voeden.  Angst en geld zijn echt de enige twee mogelijkheden om mensen hun vrijheid te laten inleveren.

Om eens met geld te beginnen :
Geld is op zich een prima uitvinding.  Het maakt de talenten en inspanningen van mensen uitwisselbaar.  In een eerlijk geldsysteem vertegenwoordigt geld dus de waarde van de inspanningen en talenten.  In het huidige geldsysteem vertegenwoordigt geld echter geen waarde.  Het vertegenwoordigt uitsluitend schuld.

Het is opvallend hoe weinig mensen weten hoe het moderne bancaire systeem werkt, en wat modern geld eigenlijk is en hoe het tot stand komt.  Een van de belangrijkste valkuilen van het moderne geld wordt gevormd door het systeem van fractioneel reservebankieren (link).  Hierdoor bestaat AL het geld dat in omloop is uit SCHULD.  
Dat geeft de top van de bancaire wereld de macht over iedereen die afhankelijk is van geld. En dat zijn we allemaal.  En met allemaal bedoel ik : jij, ik, het bedrijfsleven en de overheden.  Hoezeer we afhankelijk zijn van geld en dus van de bancaire macht voelen we nu allemaal door de crisis.

Wil je meer in detail weten hoe het werkt, kijk dan naar deze video 'Money as debt 1, the truth about money' (47 minuten).  

Omdat ook overheden totaal overgeleverd zijn aan de macht van het geld, zal de factor geld een dominante rol spelen in elke politieke beslissing.  Geen enkele overheid kan zonder krediet, en iedere overheid zal dus concessies moeten doen aan de financiers.  In de loop der tijd is er zo een verwevenheid ontstaan tussen de bancaire macht en de overheden. Wat duidelijk kan worden vastgesteld bij de 'redding' van banken tijdens de financiële crisis van 2008.  Ieder bedrijf dat 'fouten' maakt en ten onder dreigt te gaan mag het zelf oplossen of failliet gaan, maar de banken worden overladen met ons belastinggeld.

Het is simpelweg zo : als je als politicus de banken niet goedgezind bent, dan maak je geen carrière.  Dat maakt die politici die wel carrière maken tot 'onderaannemers' van de banken.
Als je de organogrammen van de grote banken bekijkt (allemaal gemakkelijk terug te vinden via het internet), dan zie je dat er een enorme onderlinge verwevenheid bestaat.  Je komt in de top van alle banken steeds dezelfde namen tegen. Ook namen die bekend zijn uit de politiek.  Via het draaideursysteem komen topbankiers terecht in de politiek, en toppolitici in de bancaire wereld.

Bovendien kom je in veel van die financiële instellingen vaak ook dezelfde namen tegen bij alle grote spelers in het bedrijfsleven.  Of het nou gaat om farmaceutica, wapens, voedsel, energie : het zijn de banken die steeds dominant aanwezig zijn.  En dat ligt voor de hand : ze hebben nu eenmaal het meeste geld.  En daarmee kopen ze zich overal in (investment banking).  Eigenlijk is het één groot kartel.  En daarmee is de wet van vraag en aanbod buitenspel gezet.

Daarnaast wordt in een democratie de regering gekozen.  En kiezen doen we op basis van informatie.  Zonder informatie is er niets om een keuze op te baseren.  En die informatie krijgen we via de media.  Er zijn op dit moment (buiten de staatsomroepen) nog maar 5 grote mediaconcerns op de wereld.  Allen eigendom van de bancaire top.  De belangrijkste persbureaus zoals Reuter en AP zijn al decennia eigendom van één van de meest dominante bankiersfamilies : de Rothschilds.  
De journaals en actualiteitenrubrieken van alle omroepen (en kranten) maken daarvan gebruik omdat ze nu eenmaal niet op elke plek van de wereld eigen verslaggevers hebben zitten.  Zo bepalen de persbureaus en de media de informatie, en dus indirect onze keuze.

"Geef mij de controle over de geldstromen van een land, en het maakt me niet uit wie dan de wetten maakt"                 Mayer Amschel Rothschild, grondlegger van de Rothschild bankiersdynastie

Bancaire macht = economische macht = politieke macht
Zolang wij blijven geloven in de waarde van geld (zoals het nu georganiseerd is) en het blijven najagen, houden we het systeem zelf in stand.  En bekostigen we daarmee onze eigen slavernij.


&&&

Het tweede vervoermiddel is angst.
Angst is een middel dat gebruikt wordt als vervoermiddel voor politieke macht.  Vroeger voornamelijk in de vorm van angst voor geweld : legers, politie, inquisitie enz.  Maar tegenwoordig werkt het veel subtieler.

Het gaat zo : 
Als je als machthebber wil dat burgers hun vrijheden opgeven (ten bate van jouw macht), dan kun je dat niet gewoon vragen.  Je krijgt dan weerstand.  Als je bijvoorbeeld wil dat je iedereen overal kan volgen via camera's, kastjes in de auto, aftappen van telefoon en e-mailverkeer, een biometrisch persoonsregister enz. en je zegt in alle eerlijkheid : "Luister eens, we vertrouwen jullie niet, dus lever je privacy maar in", dan krijg je een opstand.

Nee, je doet het beter als volgt :
1) Je creëert een probleem dat niet echt reëel is en maakt de mensen daarmee bang (bvb.
     terroristen bedreigen het ganse land - cfr. 9/11)
2) Je wacht op een reactie : de bevolking vraagt om bescherming 
     ('wat gaan ZE eraan doen ?!')
3) Je biedt de oplossing aan in de vorm van de maatregel die je vanaf het begin voor ogen 
     had (inleveren vrijheid als 'bescherming' tegen terroristen)

Er is een bekende Duitse filosoof geweest die deze strategie heeft bedacht : Georg Wilhelm Friedrich Hegel. Het staat ook wel bekend als de Hegeliaanse dialectiek.  Ziehier een interessant artikel over de praktische toepassing ervan door de machtselite: http://www.wijwordenwakker.org/content.asp?m=P498

Zo gaat het steeds :
We worden bang gemaakt dat de aarde opwarmt om ons meer belasting te laten betalen.  We worden bang gemaakt voor de gevolgen van roken om de enorme accijnzen te rechtvaardigen.  We worden bang gemaakt dat Irak over massavernietigingswapens beschikt om een oorlog te rechtvaardigen enz.

Zo heb je helemaal geen geweld nodig om mensen hun vrijheden te laten inleveren ten bate van jouw politieke macht. Dat spelletje heet manipulatie.  En het middel is angst.  En dat werkt alleen als mensen geloven dat er sprake is van werkelijke dreiging. Pas als het tot ons doordringt dat macht het enige is waarvoor we bang moeten zijn, en verder helemaal nergens voor, is de hele manipulatie machteloos.  Dan zullen we zien dat elke poging om ons bang te maken (waar dan ook voor) uitsluitend bedoeld is om ons vrijheden af te nemen.  En dus de macht te voeden.

En als we dat weten, en ze proberen ons weer angst aan te jagen, dan kunnen we ze voortaan vriendelijk uitlachten.  En dan hoeven we helemaal nergens meer bang voor te zijn.


Overgenomen en bewerkt van Pieter Stuurman.















dinsdag 27 oktober 2015

Bewijs : in september 2008 bengelde de wereldeconomie op de rand van de afgrond

Na zeven jaar financiële crisis hebben de meeste mensen nog steeds geen weet van de grote bedreiging voor de wereldeconomie, die zich in het najaar van 2008 manifesteerde. 

Een korte YouTube video, daterend van februari 2009, onthult wat er zich achter de schermen op 15 september 2008 heeft afgespeeld.   De toenmalige democratische volksvertegenwoordiger Paul Kanjorski reageert in het TV-programma C-Span/Washington Journal op een telefoontje van een wanhopige Amerikaanse huisvrouw, die niet meer weet hoe ze rond moet komen.

Ziehier een letterlijke vertaling van hetgeen Kanjorski te vertellen had :

"Hier zijn de feiten over wat er op 15 september 2008 gebeurde.  We zouden er niet over moeten praten, maar op donderdag, zo rond 11.00 uur in de morgen, constateerde de Federal Reserve (de Amerikaanse centrale bank) dat er onvoorstelbaar veel geld van de bankrekeningen in de VS werd afgehaald : zo'n 550 miljard dollar in slechts twee uur tijd !

Het ministerie van Financiën schoot te hulp en pompte meteen 105 miljard dollar in het systeem, maar realiseerde zich al snel dat ze het tij niet konden keren.  We hadden echt een elektronische run op de banken.


Ze besloten om de bankrekeningen te blokkeren en aan te kondigen om een maximum van 250.000 dollar per rekening te garanderen, zodat de paniek zou verdwijnen.  Het ministerie schatte dat als ze dit niet hadden gedaan, er om 14.00 u 's middags zo'n 5.500 miljard dollar uit de geldmarkten van de VS zou zijn gehaald, waardoor de hele Amerikaanse economie zou zijn ingestort, en binnen 24 uur de hele wereldeconomie.


Dat zou het einde van ons economische en politieke systeem zijn geweest, zoals we dat vandaag kennen.  Daarom hebben we toen zo snel moeten ingrijpen.  Minister van Financiën Paulson stelde daarna voor om de subprime-hypotheken op te kopen.  Hij vroeg ons 700 miljard dollar teneinde een hele reeks maatregelen te kunnen nemen.


Toen kwam het Verenigd Koninkrijk en die zeiden dat ze niet genoegd geld hadden om alle slechte financiële bezittingen op te kopen.  In plaats daarvan zouden ze geld in de banken pompen, zodat deze weer over kapitaal zouden beschikken.  Zodanig dat ze niet failliet zouden gaan.  Het is waar dat dit een veel goedkopere maatregel was, want het werd ons al snel duidelijk dat we 3.000 à 4.000 miljard dollar nodig zouden hebben om die slechte activa op te kopen.


Omdat we maar 700 miljard dollar hadden, besloot Paulson om eveneens geld rechtstreeks in de banken te pompen, omdat als je geen bankensysteem meer hebt, je ook geen economie meer hebt.  Maar hoewel we dat deden, bleek het niet genoeg te zijn.  En ondanks de snelheid waarmee we het deden, bleef de economie maar naar beneden gaan.


We zijn nu geen haar beter af dan drie maanden geleden, omdat de financiële bezittingen van de banken steeds minder waard worden er er steeds meer slechte bezittingen boven tafel komen.


Nu moeten we dus beslissingen treffen.  Stoppen we er nog meer geld in ?  
En hoeveel ?
Ik vind dat we er de tijd voor moeten nemen en de mensen duidelijk moeten maken waar we nu staan.  Neem nu de mevrouw van daarnet aan de telefoon.  Ze is de paniek nabij en vindt dat de overheid niet goed handelt en niet voor haar opkomt.  Ik vind het belangrijk om bijvoorbeeld die mevrouw te informeren over wat nu werkelijk de feiten zijn, wat er gebeurd is, en wat zij er van vindt.  Misschien heeft zij wel een beter idee !  Wij zijn uiteindelijk geen economische of financiële genieën, maar gewone volksvertegenwoordigers.  We moeten de mensen laten weten dat dit een enorm moeilijke strijd is.  

Iemand heeft ons zonder reddingsvest in het midden van de Atlantische Oceaan gegooid.   Nu proberen we te bepalen waar de dichtstbijzijndste kust is, en of er eigenlijk wel enige kans is om daar naartoe te zwemmen.  We weten het gewoon niet !"







De volgende link betreft de hoorzitting op 24 september 2008 in de Commissie voor Financiële Zaken, waarbij zowel toenmalig Fedbaas Ben Bernanke als toenmalig Minister van Financiën Henry Paulson aanwezig waren.  Kanjorski vertelt hier dat de bovenstaande informatie (elektronische bankrun) initieel afkomstig was van Paulson en vraagt hem nu dat verder uit te leggen opdat de gemiddelde Amerikaanse burger op de hoogte zou zijn.
Paulson ontkent de feiten niet.  Zie vanaf 1:50:48 tot 1:57:17 :
http://financialserv.edgeboss.net/wmedia/financialserv/hearing092408.wvx


&&&

Wat kunnen we nu uit dit alles opmaken ?
In de allereerste plaats dat het wereldgeldstelsel oneindig veel fragieler is dan wordt aangenomen.  Er blijkt heel weinig nodig te zijn om het op zeer korte termijn in grote moeilijkheden te brengen.  Zoals we reeds verschillende keren op dit blog hebben vermeld, is de vraag niet of ons financieel-economisch bestel in mekaar klapt maar wanneer...

En dan is er natuurlijk ook het feit dat u en ik niet op de hoogte worden gehouden.  Heeft u bovenstaand verhaal ooit al gelezen of beluisterd in de massamedia ? Natuurlijk niet, want het past helemaal niet in de beeldvorming.  Zeer essentiële zaken worden ons door politici, media of andere beleidsmakers gewoon niet verteld.  

Gezien de huidige ontwikkelingen en verhoudingen kan er slechts een transparant en rechtvaardig politiek - en financieel-economisch systeem ontstaan ná een nieuwe grote crisis.
















vrijdag 9 oktober 2015

Het verschil tussen complottheoretici en complotkenners


Mensen die op onderzoek uit gaan naar de werkelijke inrichting van de wereld van geld en macht, wordt vaak verweten bezig te zijn met 'complottheorieën'.  Maar is dat wel zo?

Wat is een theorie?

De dikke Van Dale :
Theorie : 0.2 systeem van denkbeelden of hypothesen ter verklaring van iets.
                  0.3 opvatting in het abstracte, die geen rekening houdt met de praktijk.

In deze definitie staat zowel het doel van een theorie, als de manier waarop dat doel bereikt wordt.  Het doel is het verklaren van iets, en dat doel wordt bereikt door middel van abstractie, niet rekening houdend met de praktijk.  
Eigenlijk is een theorie daarmee een geloof.  Een geloof wil - net als een theorie - iets verklaren zonder rekening te houden met de praktijk.

Als je iets wil verklaren terwijl je wel rekening houdt met de praktijk, dan zul je die praktijk moeten kennen en dus moeten onderzoeken.  Door het onderzoeken van de praktijk, kom je dan tot een verklaring.

Als je dus wil weten hoe iets werkt, dan kun je twee dingen doen : je kunt geloven dat je weet hoe het werkt, dan heb je een theorie en dan hou je geen rekening met de praktijk, of je kunt onderzoeken hoe iets werkt, en dan hou je wel rekening met de praktijk.

Een voorbeeld :
Als je wil weten hoe een auto werkt, dan zou je kunnen stellen dat een auto wordt voortbewogen door een geest die erin huist.  Deze geest drinkt benzine.  Dat is een theorie en je kunt in deze theorie geloven, of niet.  Maar of je er wel of niet in gelooft : het zegt in beide gevallen niets over de praktijk (hoe een auto werkt).  Je verklaart iets zonder rekening te houden met de praktijk.  Je hebt een theorie.

Als je werkelijk, rekening houdend met de praktijk, wil weten hoe een auto werkt, dan kun je die werking ook onderzoeken.  Je kunt hem bijvoorbeeld uit elkaar halen, en van elk onderdeel de functie en de werking proberen te begrijpen.  En je kunt proberen in te zien welke bijdrage elk onderdeel levert aan het functioneren van het geheel : de auto.  Als je dat van elk onderdeel begrijpt, en je weet wat de plaats is van dat onderdeel en waarom, dan begrijp je de werking van de auto.

Nu heb je wel rekening gehouden met de praktijk en is jouw kennis van die praktijk niet langer een theorie, maar een weten.  Je kunt dus zeggen : hoe meer onderzoek, hoe minder theorie.

Ook de mechanismen van macht en geld zijn te onderzoeken.  En naarmate dat onderzoek vordert, ontstaat er een steeds completer beeld van de werking hiervan.  Door dat onderzoek krijg je niet alleen meer begrip van de werking van de verschillende onderdelen (banken, corporaties, regeringen), maar ook meer begrip van het functioneren van het geheel : de werking van de mondiale machtsstructuur.  Je onderzoekt de praktijk, en daarmee leer je die praktijk te begrijpen.

Het is daarom verbazingwekkend dat de mensen die anderen beschuldigen van het hebben van complottheorieën, zelf meestal geen onderzoek hebben gedaan.  Het zijn juist deze mensen (mensen die zelf niets onderzocht hebben) die geen andere keuze hebben dan terug te vallen op theorie/geloof.  
Het zijn juist deze mensen die geloven, in plaats van weten.  Het zijn juist deze mensen die de (door de wereld van macht en geld zelf aangeboden) versies van de werking van de wereld geloven.  Zonder rekening te houden met de praktijk.

De dikke Van Dale :
Complot : 0.1 kwaadaardige samenzwering tegen iemand of iets.
Samenzweren : 0.1 zich in het geheim met anderen verbinden om een ander nadeel te berokkenen (en er zelf voordeel bij te hebben).

Samenzweren is daarmee het heimelijk ondernemen van iets dat in het belang is van de samenzweerders, ten koste van het belang van anderen.  Het is voor het bestaan van een complot dus noodzakelijk dat er een tegengesteld belang bestaat.  Als de samenzweerders hetzelfde belang zouden hebben als degenen tegen wie wordt samengezworen, dan zou een complot zinloos zijn.  Complotten bestaan alleen omdat er verschillende belangen bestaan.

Het doel van een complot is dus het behartigen van een belang. Een belang dat niet - of minder goed - behartigd zou kunnen worden als dat behartigen openlijk zou gebeuren. Die heimelijkheid is noodzakelijk omdat het belang tegengesteld is aan het belang van anderen. Als dat belang openlijk behartigd zou worden, dan zou dat op weerstand stuiten van de mensen met het tegengestelde belang. Daarom is dat belang beter te behartigen als je het stiekem doet.

Het ontkennen van het bestaan van complotten zou dus inhouden : het ontkennen van het bestaan van verschillende belangen en het ontkennen van de mogelijkheid dat die belangen soms niet openlijk, maar heimelijk nagestreefd worden. Het zou inhouden dat je gelooft (er een theorie op nahoudt) dat iedereen open en eerlijk is.

Machthebbers hebben een tegengesteld belang ten opzichte van diegenen waarover ze macht willen hebben. Macht is het vermogen om anderen te laten doen wat jij wil. En daarmee kunnen die anderen dus niet meer doen wat ze zelf willen. De macht van de één, bestaat uit de onvrijheid van de anderen. De machthebber is gebaat bij onvrijheid van het volk, het volk is gebaat bij vrijheid. Een tegengesteld belang dus.

Als machthebbers dan weliswaar een ander belang hebben dan het volk, maar desondanks toch altijd eerlijk zouden zijn, dan zouden er geen complotten of samenzweringen bestaan. Voor diegenen die de eerlijkheid van machthebbers gaan onderzoeken, wordt echter al zeer snel duidelijk dat eerlijkheid niet direct het sterkste punt is van machthebbers. En dat is logisch.

Machthebbers hebben macht verworven. Ondanks het feit dat hun verworvenheid ten koste gaat van de bevolking. Het volk bestaat altijd uit een grote meerderheid ten opzichte van de machthebbers. Daarmee is de enige mogelijkheid om de vrijheid van de bevolking af te nemen, dat te doen via list en bedrog. Uit vrije wil komt het volk haar vrijheid namelijk niet inleveren.
Het bestaan van macht (en de daaruit voortvloeiende onvrijheid) is daarmee het bewijs van het bestaan van complotten. Zonder complot (stiekeme belangenbehartiging) komen machthebbers simpelweg niet aan de macht.
Het ontkennen van het bestaan van complotten kan dus alleen op basis van ontkennen van het bestaan van verschillende belangen en het ontkennen van het bestaan van oneerlijkheid. Het ontkennen van het bestaan van complotten houdt geen rekening met de praktijk. Het ontkennen van het bestaan van complotten is daarmee een geloof. Een theorie.

En daarmee zijn degenen die het bestaan van complotten ontkennen, en geen rekening houden met de praktijk, de werkelijke theoretici. Het zijn ‘niet-complottheoretici’.
Degenen die de wereld van macht en geld werkelijk onderzoeken, en die wel rekening houden met de praktijk, zijn daarmee geen theoretici, maar kenners: ‘complotkenners’.